knee compression sleeve

Er is nog zo veel dat ongezegd is. (Rutger Kopland)

Dupslog
Dupslog

Archief

Lou Ye ‘Summer Palace’ en ‘Chinees Blauw’ van Micha X. Peled

9 maart 2008

'Summer Palace' – in het Frans 'Une jeunesse chinoise' – weegt op de kijker die soms tergend traagzaam de protagonisten kan volgen van het noordelijke Tumen naar de overvolle studentenkamertjes met de geur van lichaamsvocht en goedkope sigaretten, van de Beida – Universiteit in Beijing. De Lente van 1989 overwint de Hemelse Vrede in het hart, in een wolk van zaadpluisjes en gierende hormonen die hijgend verlangen naar de geur van wat als vrijheid wordt voorgespiegeld.
Geen jaar zal voor de generaties uit de tweede helft van de XXste eeuw meer betekenen dan 1989: meer dan 1953, meer dan 1956, meer dan 1968, meer dan 1984, meer dan 2000. Al zal het nog jaren duren eer we dat ook in ons hebben opgenomen: meer dan een nacht lang zitten janken voor de eindeloze reply op CNN van de student die met zijn plastik tasje een rij tanks probeert op te houden.
Een geloof dat ons jarenlang bitter had gedreven bleek een leugen van de macht. Een utopische zoektocht naar vrijheid, gelijkheid en broederschap bleek met het oog op de Hemelse Vrede niet haalbaar, erger nog: vooral niet wenselijk wegens als een beklemmende harmonie vanuit de Hemel telkens weer op de kudde neergelaten.
1989 was ook een verademing met veel onzekerheid over wat komen zou: in het voorjaar de Lente van Bejing , in de zomer het verbrokkelen van het Sovjet imperium, in het najaar de val van de muur in Berlijn en het einde van het Genie der Karpaten.

Voor de cineast Lou Ye is '1989' in zijn film 'Summer Palace' als de Lang-Leven-Heuvel waar de overbodigen en de overgeblevenen zich onsterfelijk weerspiegelen in het Kunming Meer aan de voet van de Heuvel, dat eeuwig de Tuinen van de Harmonie voeden zal.
Het leven van China's toekomst na 1989 is als de labyrintische chaos van het Zomerpaleis met honderden kamers, hoeken en kanten voor alle emoties van de menselijke metamorfose.

In een interview met Niels Ruëll in De Standaard (05122007) lichtte Lou Ye dit toe:

De gebeurtenissen op het Tiananmen-plein spelen slechts zijdelings een rol in ‘Summer palace’. Waarom zoomt u liever in op het seksleven van een jonge studente?

‘Door de heisa is het misverstand ontstaan dat Summer palace over 1989 gaat, maar de film strekt zich uit van 1987 tot 2001. Om 1989 te begrijpen, moet je ook kijken naar de jaren ervoor en erna.’
‘Ook als je een liefdesverhaal vertelt, is het goed te kijken naar voor en na. En als je eerlijk over de liefde wil praten, dan moet je openhartig zijn over seksualiteit. Seks is belangrijk en speelt ook een grote rol in mijn herinneringen aan 1989. Jongeren die voor het eerst de liefde ontdekken, vallen altijd ten prooi aan een lawine van emoties. In Summer palace komt daar ook nog eens de onzekerheid bij van veranderende tijden. Dat maakt het allemaal nog complexer en vermoeiender.’
‘Het hoofdpersonage leeft in voortdurende onzekerheid: is het nog aan? Ziet hij mij nog graag? Als het te goed gaat, wordt ze argwanend. Maar als het slecht gaat, voelt ze zich helemaal ellendig. Je mag van de liefde niets verlangen. De liefde brengt niet noodzakelijk geluk en leidt niet automatisch tot een lang huwelijk.’
‘Er is zoveel te vertellen. De razendsnelle groei van de economie veroorzaakt veel problemen. Het land staat onder extreme druk. Het voordeel daarvan is dat de overheid niet al te veel tijd heeft om zich zorgen te maken over kunstenaars. Schilders en muzikanten worden met rust gelaten. Filmmakers springen helaas iets meer in het oog.’

Door Beijing na de Lente te ontvluchten naar Berlijn werd Lou Ye niet meegesleept in de collectieve depressie die destijds vele studenten onder overviel:

'In de jaren negentig heeft mijn generatie economisch gezien het nodige bereikt. Maar geestelijk kwamen velen in een vacuüm terecht.
'Summer Palace' is in China verboden maar zal in beperkte kring wel illegaal worden verspreid. Veel mensen zullen tot tranen toe worden geroerd. Het zal hen pijnlijk herinneren aan hun passie en het gevoel dat hun hart heeft verloren. Nu hebben ze alleen mooie huizen en een snelle auto om hun leegte te compenseren.'

Lou Ye prijst zich gelukkig dat hij als filmer een uitlaatklep heeft voor zijn gevoelens en die van zijn generatiegenoten. Als die niet worden gesublimeerd, kunnen ze volgens de filmer ontaarden in woede en geweld: het grote gevaar voor China.

'Voor de jeugd van nu in China zal de film minder herkenbaar zijn. Ze is volslagen afgesneden van de geschiedenis. Zij hoeven niet te leven met de vernedering van de culturele revolutie en ze weten ook niets van de pijn van de studenten van 1989. Op een bepaalde manier is dat gevaarlijk maar het is tegelijkertijd ook een zege voor China. Die onwetendheid waarborgt veel openheid en levensmoed.'

'Summer Palace' is zeker niet filmisch maar wel historisch een Chinese versie van 'La Meglio Gioventà? ' van Franco Tullio Giordana.
De protagonisten worden uit elkaar gedreven. Zhou Wei vlucht vanuit Beijing naar Berlijn. Na de zelfmoord van Li Ti keert hij terug naar China. Yu Hong trekt naar Shenzen, Wuhan, Sjanghai om finaal terecht te komen in de monsterlijk groeiende stad Chongqing, met meer dan 40 miljoen inwoners het barstende waterhoofd van centraal China
De slotscène van 'Une jeunesse chinoise' speelt zich af op het eindeloze strand van Beidaihe waar de ‘overgebleven bloem’ uit het noorden, Yu Hong de eens zo intense beminde Zhou Wei ontmoet als de poëtische omschrijvingen van jaren geleden: 'Liefde is als een wonde. Eens genezen is het voorbij'
'Summer Palace ' werd in China verboden en Lou Ye kreeg (na 2 jaar cameraverbod voor ‘Suzhou river’ een filmverbod van 5 jaar) voor de originele beelden uit de studentenopstand op het Plein van de Hemelse Vrede en vooral omwille van de vele seksscènes die ‘Summer Palace’ ongetwijfeld een cultstatus zal verlenen als voorlichtingsfilm in het land van de publieke preutsheid.
Triester is de cultstatus die 'Summer Palace' zal krijgen als film noir over de onmogelijkheid van vriendschap en liefde in tijden van vrijheid en verlossing.

Op het graf van Li Ti in Berlijn staat geschreven:

'Of vrijheid en liefde bestaan of niet, in de dood is iedereen gelijk. Ik hoop dat de dood je einde niet is. Je hield van het licht, dus je zult de duisternis niet vrezen.'

De uitbarsting van emotionele, seksuele en sociale vrijheid in 1989 lijkt een peilloze leegte over te laten die moeizaam gevuld wordt met neurotisch consumeren van de nieuw verworven rijkdom. De jeugd van toen doorstond het loden tijdperk en kan zijn kinderen vandaag de schoonheid, kracht en wijsheid niet voorhouden van een vrijheid die zich onbevangen durft te binden aan de ander. Wie liefde ervaart als een wonde, is dermate misbruikt en mishandeld dat het een hele generatie drijft tot automutilatie. Wie zich niet durft te binden en geen engagement meer durft aangaan, is gedwongen zijn hele leven te lijden in angst en neurose. Menselijke relaties worden verengd tot kille zakelijke contacten waardoor het pluis van de lente vergeefs zal wolken in het land van de overgebleven één-kind-gezinnen, waar één schoonheid uit het noorden een land kon ruà?neren:

'n Zeldzame schoonheid uit 't noorden.

is de mooiste vrouw ter wereld. Aan één oogopslag van haar gaat een stad ten onder, Eén aanraking ruà?neert het hele land. Liever dan de rede van het weten
Proeven wij de vernietigende passie
van een schoonheid als deze'?
Uit 'House of Flying Daggers' van Zhang Yimou

“Chinees Blauw” van Micha X. Peled op Lichtpunt – Canvas
Zondag 9 maart 2008 23 uur '? als DVD bij http://www.lichtpunt.be/intern/programma/voorwaarden_01.html

Het kostte de filmmaker Micha Peled enorm veel moeite om een fabriek te vinden waar ze in volledige vrijheid mochten filmen. Uiteindelijk hapte een directeur toe die het een eer vond om in een Amerikaanse film te mogen spelen. Zijn fabriek is ontegenzeggelijk een van de betere van het land, maar dan nog werken de arbeiders er minimaal elf en maximaal vierentwintig uur per dag. Ze mogen tijdens hun dienst twee keer naar de wc en wonen vlak naast de fabriek met twaalf personen op één kamer waar ze moeten betalen voor warm water. En nee, het loon wordt niet netjes iedere maand op dezelfde dag uitbetaald. Het is steeds maar weer afwachten wanneer het komt en hoeveel het is.

Dat geldt ook voor het jonge meisje Jasmine dat op zestienjarige leeftijd werk vindt in de spijkerbroekenfabriek. Ze wordt te werk gesteld als draadjesknipper, wat inhoudt dat ze voor vijf eurocent per uur de losse draadjes van broeken afknipt. Na zeven uur ’s avonds is de officiële werkdag afgelopen, maar Jasmine werkt geregeld langer door. Dat kan oplopen tot wel vijfendertig uur extra per week. Onbetaald, want overwerk wordt nooit vergoed. Door de krankzinnige werktijden slaapt Jasmine zelden meer dan vier uur per nacht. Als haar eerste, slopende maand is afgelopen, hoort ze dat ze geen loon krijgt, maar overstappen naar de concurrent doet ze niet, want niemand wil het risico lopen om ook daar de eerste maand niet betaald te krijgen. Klagen heeft geen zin, want vakbonden zijn verboden en voor elke vacante plek zijn er in China niet tien, maar duizenden gegadigden.

Door niet alleen de arbeiders te volgen, maar ook de trotse directeur Lam en zijn staf reikt Chinees Blauw verder dan een oppervlakkige verkenning van ellende. Het eenzijdig verhogen van de arbeidslonen is namelijk niet de allesomvattende oplossing van dit probleem. Verhelderend is een gefilmd gesprek tussen de directeur en een Engelse importeur over een grote bestelling spijkerbroeken. De importeur biedt niet meer dan €2,75 per broek. Vraagt Lam meer, dan gaat de importeur simpelweg naar een concurrerende fabriek waar de arbeiders in nog slechtere omstandigheden werken. Lam zakt dus met zijn prijs in de overtuiging dat hij die bewuste order alleen winstgevend kan houden door de lonen nog verder te verlagen.

Regie: Micha X. Peled.
Productie: Teddy Bear Film en ITVS., met de steun van de Corporation for Public Broadcasting, het Sundance Documentary Fund en NAATA., VS 2005.

© Lichtpunt 2008

Archief

37 th IFFR: Dagen zonder lief '? Cross Roads '? Shanghai trance '? He Fengming, a Chinese memoir

3 februari 2008

37 th International Filmfestival Rotterdam

Dagen zonder lief '? Cross Roads '? Shanghai trance '? He Fengming, a Chinese memoir

'Dagen zonder lief 'van Felix van Groeningen is een luchtige poging om heimwee van jonge mensen op te kloppen tot een verleden dat ieder personage construeert om zichzelf bij mekaar te houden in een leefomgeving die snel desintegreert. De terugkomst van Zwarte Kelly ( Wine Dierickx) die Sint Niklaas had ingeruild voor New York, zorgt voor onrust in de relaties van de vrienden van toen. Het verhaal van haar abortus en de zelfmoord van een van de vrienden biedt nieuwe perspectieven om de sleur te doorbreken. 'Dagen zonder lief' heeft van ver iets van 'Bonjour Tristesse' van Franà?oise Sagan. De film heeft soms wat van een promotieshot van Freddy Willockx voor zijn nieuwe Grote Markt, inclusief ondergrondse parking en prachtige leegstaande lofts. Zij het dat de kijkers van dit soort bewegende beelden te weinig in de slappe was zitten om doelgroep te spelen voor deze projectontwikkelaars.
De toeschouwers in Rotterdam leken zich te herkennen in de humor van de uitzichtloosheid die mooi wordt verwoord door Nick ( Koen De Graeve), de oudere jongere die blijft loeren naar kakelende kuikens: >'?Eigenlijk zijn we allemaal camionchauffeurs. We zijn altijd alleen onderweg.'?
De dialogen in 'Dagen zonder lief 'werden in Rotterdam gesmaakt en het applaus was intens.
De muziek van Jef Neve is prachtig en vervoerend.
Jef Neve is dan ook van Turnhout. 't Is tenslotte overal Turnhout, zelfs in Sint Niklaas!

Crossroads '? Wang Jing.

Wang Jing (1981) is voor haar film vanuit Beijing teruggekeerd naar haar geboortestad Jishan in de provincie Shanxi. Ze lijkt een grote affiniteit te hebben met jonge mensen op haar oude school waar ze de kalverliefdes, het pesten, het gekonkel van leraren en directie, de positie van de ouders die bepaald wordt door hun geld, eindeloos weet te verfilmen. Het geeft de toeschouwer de kans om naast de hoofdpersonen een idee te krijgen van het ware leven in het Rijk van Midden dat aan een reusachtige wederopstandig begonnen is. De brokkelige infrastructuur, de stank, het stof, het gebrekkige vervoer, het lawaai, de belabberde woonomstandigheden, overbevolkte klassen zijn het decor voor haar puberverhaaltjes. Wellicht ongewild geeft ze ook een indringend beeld van de jongerencultuur in een maatschappij waar alle normen en waarden van het communistische tijdperk ingeruild werden voor de enige alomtegenwoordige leuze: 'Verrijk uzelf, zo helpe u god almachtig!'
Fascinerend hoe scholieren oude geheime genootschappen heroprichten, hoe ze zich wentelen en keren in misdadige triades die met steaming, roof, geweld en dreigen met ouderlijke macht aan geld komen voor hun eindeloze behoefte aan sigaretten als statussymbool.
Dit soort bendes helpen de professionals die archeologische sites plunderen om zichzelf te verrijken. Ze leveren hand- en spandiensten aan corrupte aan- en ondernemers. Ze zijn het voetvolk in de strijd om de nieuwe macht en zoeken een houvast in de eigen bendecultuur waarvan ze de uiterlijke tekenen dragen en op hun lichaam tatoeëren als houvast in een snel verbrokkelende maatschappij waar een bebrilde intellectueel hoogstens nog als randfiguur zal worden gedoogd.

Shanghai Trance

David Verbeek maakte als jonge Nederlandse regisseur een Chinese film over Shanghai, de stad der wonderen. Er is geen stad in de wereld waar zekerheden in leven, werken en sterven zo snel veranderen. Jonge mensen herkennen vandaag de ratrace van de geschiedenis in hun eigen nog zo kortstondige leefervaring. Een gebrek aan continuà?teit, het ontbreken van een minimum aan zekerheid en veiligheid zet de één '? kind – gezinsconstructie zwaar onder druk. Alle aandacht weegt op het ene kind als vrucht van de verwachtingen van vier grootouders en twee ouders. Dat ene kind torst de verwachtingen van alle generaties và?à?r hem of haar. Shanghai was sinds de XIX de eeuw de schrik van de Chinese machthebbers. De laatste keizers beefden voor gerommel in deze havenstad, de voornaamste poort voor heel China. Mao Zedong en Deng Xiaoping waarschuwden de partijtop steeds een oogje te houden op Shanghai. Daar broeide alle dissidentie tegen het hoofdkwartier in Beijing, tot en met de Bende van Vier.
Recent nog werd zowat de hele partijtop afgevoerd.

De film zit drie jonge koppels op het lijf in hun leven en liefde, hun hebben en houden tot ze elkaar kruisen in de eeuwig grommende stad, waar nooit stilte te horen is.
Merkwaardig herkende de jonge Nederlandse filmmaker nog een ander aspect van Shanghai: de stad waar de vrouwen eeuwenlang de broek dragen, de matriarchale stedelijke cultuur.
Shanghainese vrouwen worden met enige terughoudendheid onwennig bekeken door Chinese mannen. Zij verdienden generaties lang doorgaans veel meer door extra inkomsten uit de prostitutie en aanverwante beroepen, waarbij de partner thuis voor de kinderen zorgde. Zo is de vader van de ambitieuze en elegante Zhang Yi enkel in haar thuiskomst geà?nteresseerd om geld voor zijn gokverslaving.

Shanghai leeft, werkt en sterft dag en nacht in een adembenemend ritme dat David Verbeek goed heeft weten te vatten. Jonge mensen trachten te surfen op de golven van de nieuwe economie om te vermijden dat ze in slavenjobs voor boeren en buitenlui verzeilen.
'Shanghai Trance'is een mooie illustratie bij het illusoire 'Ieder voor zich en de stad voor ons allen. '

He Fengming, a Chinese memoir

Meer dan drie uur onafgebroken staren naar een scherm waarop een oude dame met gesloten ogen eindeloos praat in een voor ons onbegrijpelijke taal is een hypnotiserende ervaring.
De spreekster is een oude journaliste die voor de statische camera van Wang Bing in één ruk door haar leven vertelt, enkel onderbroken door een toiletbezoek, een slokje thee, een telefoonoproep.
Haar schamel interieur wordt op je netvlies gebrand. Haar stem verleidt je als toeschouwer, omdat de armzalige Engelse ondertiteling veel ruimte laat voor eigen interpretatie.

Dit is een gruwelijke film die je moeilijk loslaat wegens de grote waardigheid, de bijna stoà?cijnse getuigenis van He Fengming die haar studies Engels opgaf om met haar man journalist te worden in het partijdagblad wanneer het Volksbevrijdingsleger in 1948 Lanzhou in de noordelijke provincie Gansu binnentrok. Ze waren jong en wilden meewerken aan de opbouw van een modern, socialistisch China. Ze werden lid van de partij en droegen haar boodschap uit.
Wanneer de Grote Voorzitter in 1956-1957 de liberaliseringsbeweging 'Laat honderd bloemen bloeien, laat honderd scholen wedijveren!' lanceerde, reageerde de man van He Fengming '? Jingchao – enthousiast met vier essays waarin hij de kritieken van voorzitter Mao tegen de bureaucratie in partij en staatsapparaat ondersteunde met lokale voorbeelden.
Bij bijltjesdag werd hij dus snel herkend als raddraaier van 'de rechtse krachten die de kop hadden opgestoken'.
Na veel volkstribunalen werd Jingchao met zijn vrouw naar de werkkampen verplaatst om de ware revolutionaire geest te herontdekken en ten volle tot zich te laten doordringen. Hun kinderen werden overgelaten aan de grootouders. Jarenlang werkten ze zich te pletter opdat de partij hen als rechtgeaarde communisten zou kunnen herkennen. In wanhoop en vertwijfeling zaten ze opgesloten in concentratiekampen waar vele partijgenoten als 'rechtse' krachten stierven van honger en ontbering tijdens de herscholingsactiviteiten.
Wanneer Fengming bericht krijgt dat haar man stervende is, probeert ze hem alsnog te bereiken. Maar ze komt te laat met voedsel en medicijnen: hij was reeds in een massagraf verdwenen. Haar verhaal heeft door de taaie, tedere en serene klank iets bovenmenselijks.
Eens gerehabiliteerd en opgeborgen als klerk in het krantenarchief '? de oude kameraden waren de schaamte reeds lang voorbij '? lanceerde voorzitter Mao in 1966 de Grote Proletarische Culturele Revolutie. He Fengming werd opnieuw uit de archiefkelders opgedoken als rechtse antiproletarische kracht die ook nog een grootgrondbezitter in haar stamboom zou gehad hebben. Socialistische meet- en maakbaarheidsideologieën hecht(t)en veel belang aan de genetische herkomst van de kudde die zij willen bewinnen in de heilsstaat.
Zij gaan immers prat op simpele mechanistische wetenschappelijke kwalificaties die ze zich gretig toedichten als aanhangers van het dialectisch en historisch materialisme.

Deze keer zou He Fengming zich moeten herscholen op het platteland in warmere zuidelijke provincies. Ook deze culturele revolutie overleefde ze.
Na vele jaren keerde ze als een oude vrouw terug naar Lanzhou om de herinnering aan haar man, hun lijden en dat van miljoenen anderen uit te schrijven: heel vele mensenlevens die vermalen werden door het wentelende wiel van de Chinese geschiedenis.

De episode waarin ze vertelt hoe ze met haar oudste zoon het graf van haar man zocht in het dwangarbeiderskamp in het koude noorden, gaat door merg en been. Haar intussen volwassen zoon riep voor het eerst in zijn leven de naam van zijn vader over de eindeloze verzameling grafstenen, waar ze zijn graf nergens konden terugvinden omdat de aanduidingen door het barre klimaat weggevreten waren. Nooit had hij als kind de naam van zijn vader kunnen, durven noch mogen uitspreken omwille van de mogelijke politieke gevolgen.

De waardigheid waarmee deze grote dame haar leven onder het socialisme vertelt, is aangrijpend. Ook in de slotscène waar ze telefonisch contact heeft met andere gerehabiliteerde dissidenten die het overleefd hebben: 'Old soldiers never die!'

Wang Bing heeft met deze film een monument opgericht als een kras op de ziel van de toeschouwers opdat de Chinese herinneringen van He Fengming blijven schrijnen, zeker ook in het Rijk van het Midden.

Archief

Knack duo interview: ‘Wij moesten de wereld proletariseren’

3 februari 2008

‘Wij moesten de wereld proletariseren’
DOOR JOëL DE CEULAER / FOTO’S FILIP NAUDTS
KNACK 17102007

Ze werden samen communist, maar groeiden gaandeweg uiteen. Ze zijn al jaren niet meer on speaking terms. Voor Knack wilden ze nog eens grondig en heftig van mening verschillen. De gebroeders Jan en Dirk Van Duppen over verleden, heden en toekomst van links.

DIRK VAN DUPPEN (51)
Nam als jongeman, onder invloed van Marx en van zijn broer Jan, de beslissing om als arbeider te gaan werken. Ging later, in navolging van Kris Merckx, alsnog geneeskunde studeren. Maakt nog altijd deel uit van de communistische Partij van de Arbeid. Werd vorig jaar verkozen in het Antwerpse district Deurne. Trad op de voorgrond doordat hij de strijd aanbond met de farmaceutische industrie. Publiceerde daarover De cholesteroloorlog. Werkt nog altijd in een groepspraktijk van Geneeskunde voor het volk.

JAN VAN DUPPEN (54)
Zette als jongeman, onder invloed van Marx, zijn studies stop om te gaan werken als arbeider. Ging later, onder invloed van Amada-boegbeeld Kris Merckx, geneeskunde studeren. Rekende af met het communisme en vond aansluiting bij de SP.A. Was lid van het Vlaams Parlement (1999-2004) en van de Senaat (2003-2004). Stapte, onder meer uit ongenoegen met het autoritaire beleid van toenmalig voorzitter Steve Stevaert, in 2004 uit de partij. Werkt vandaag als huisarts in een groepspraktijk in een multiculturele achterstandswijk, Rotterdam-Zuid.

Een verzoeningsgesprek? Nee, zo zouden ze het niet willen noemen. Daarvoor zijn de meningsverschillen te groot, is de afstand te onoverbrugbaar. Maar een gesprek over hun politieke verleden en de toekomst van links? Daartoe zijn Jan en Dirk Van Duppen wel bereid. De twee felle en gedreven Kempenzonen zijn allebei arts, een vak dat ze kozen in navolging van Kris Merckx, stichter van Geneeskunde voor het Volk en jarenlang boegbeeld van Amada, de communistische partij die inmiddels is uitgemond in de Partij van de Arbeid. Dirk is nog altijd lid van de PVDA. Jan heeft zich na een lange omweg via de SP.A uit de politiek teruggetrokken. Het verhaal begint, hoe kan het anders, eind jaren zestig.

Jan Van Duppen: ‘Het was een periode waarin je de tegenstellingen in de wereld duidelijk begon te zien. De rijken waren rijk, de armen waren arm – en men ging er toen in de Kempen nog van uit dat het best zo kon blijven. Wij zagen elke avond de Vietnamoorlog op de televisie, de ene gruwel na de andere. Wij waren bij de Chiro en hadden ook een jeugdclub opgericht, waarmee we in de bossen van Gierle het zwerfvuil gingen opruimen. Met Kerstmis 1968 hebben wij de stal in het dorp nog vol gehangen met affiches tegen de bombardementen op Hanoi. Wij waren, kortom, zeer actief, wij hadden contact met de derdewereldbeweging en organiseerden zelf ook actie- en discussiegroepen. In Leuven, waar ik twee jaar psychologie heb gestudeerd, maakte ik kennis met de marxistisch-leninistische beweging. Ik studeerde mij te pletter op Marx en Lenin, en bracht dat allemaal mee naar de discussiegroepen in Gierle.’

In de tweede kandidatuur stopte u plotseling met studeren. Waarom?

JAN VAN DUPPEN: Voor mij bood het alomvattende en sluitende, maar ook geslà?ten denksysteem van het marxisme een fantastisch antwoord op alle vragen. Ik denk dat je dat kunt vergelijken met het moslimfundamentalisme. Een hele ontdekking, op die leeftijd. Ik begreep dat ik door psychologie te studeren de wereld niet zou veranderen. Wij moesten de wereld proletariseren. Dus stopte ik met studeren en werd ik arbeider. Ik heb in de mijnen gewerkt, in een asbestfabriek, als trambestuurder… Later zijn mijn broer en ik allebei geneeskunde gaan studeren.

DIRK VAN DUPPEN: Jan was mijn grote broer en grote voorbeeld. Wij voerden een gemeenschappelijke strijd om los te komen van de waardepatronen van onze ouders. Vader was onderwijzer en had nooit aan de universiteit kunnen studeren. Daarom wilde hij dat zijn kinderen dat zeker wel zouden doen. Dat de oudste zijn studie stopzette, was een verschrikkelijke klap. En zijn derde zoon, ik dus, begon zelfs niet aan die studies. Ik besliste om na de middelbare school onmiddellijk in een leerlooierij te gaan werken. Ik had op mijn vijftiende Het Kapitaal van Marx al gelezen.

Wat ontdekte u in Marx?

Lees verder »

Archief

Zhang Yang, Shower: hoge nood aan manueel strijk- en knijpwerk in moderne samenlevingen.

19 januari 2008

In Rotterdam wordt door het Fonds Achterstandswijken Rotterdam – FAW - nascholing voor huisartsen aangeboden met een film die tot nadenken kan stemmen over de relatie arts – patiënt in wijken waar vaak meer dan de helft van de bewoners van allochtone herkomst zijn.

Wegens de van oudsher vrij grote Chinese populatie in Rotterdam werd de film van Zhang Yang ( 1965) Shower uit 1999 gepresenteerd, die bij Film International in 2000 de publieksprijs kreeg toebedeeld.
De grote toevloed van Chinezen in Rotterdam viel samen met de economische crisis waar de stakingen in het begin van de XX ste eeuw van zeelieden en havenarbeiders gebroken werd door het aanwerven van Chinese zeelui, die nadien gedumpt werden op Katendrecht en in vreselijke armoede probeerden te overleven door pinda's te verkopen
Gabriel van den Brink onderzocht voor zijn studie 'Culturele contrasten – Het verhaal van de migranten in Rotterdam' ook deze bevolkingsgroep naar herkomst en samenstelling, waarbij telkens de geslotenheid opviel, waardoor ook de integratie in het Rotterdamse stedelijke weefsel bijzonder pover scoorde.
Zhang Yang heeft met ‘Shower’ veel prijzen weggekaapt op alle mogelijke internationale festivals: “Het badhuis is een microkosmos waarbinnen je perfect het menselijk gedrag kunt observeren.” Het originele badhuis heeft echt bestaan in de wijk van Beijing waar Zhang Yang zelf opgroeide.
De film opent met ‘harmonische’ toekomstbeelden van Beijing aan de vooravond van het nieuwe millennium (dat van China!). In een drukke winkel- en kantorenstraat nadert de cineast zelf een ultramoderne doucheblok, waar hij zich na digitale identificatie in een cabine uitkleedt voor een douchebeurt met alles erop en eraan: mechanisch, automatisch, zonder één enkele menselijke interventie. Met dit ideale toekomstbeeld voor de nieuwe mens in het land van het Harmonische Socialisme maken menselijke relatie plaats voor efficiënte maakbaarheidsidealen die hand is hand gaan met modern geldgewin.
In het ware leven heeft een Chinese zakenman Zhang Yang benaderd om dit revolutionaire doucheconcept te commercialiseren: “Die douche staat symbool voor de klinische maatschappij waarin China dreigt te veranderen. Met het verdwijnen van de traditionele badhuizen gaan ook de sociale structuren teloor van de wijken waarin ze een spilfunctie vervulden. In Shower zie je oude mannen in het badhuis met elkaar keuvelen, ze spelen krekelgevechten, masseren elkaar, maken ruzie en sluiten weer vriendschap. Het is een soort microkosmos waarbinnen je het menselijk gedrag perfect kunt observeren. Iedereen is er gelijk, ontdaan van kleding en sociale status. De ideale plek om een ode aan het samenzijn te brengen.”
Openbare badhuizen en publieke wasplaatsen waren eeuwenlang ontmoetingsplaatsen waar gemeenschappen aan elkaar werden gesmeed.
Met de automatische wasmachine en de private badkamer van Expo 58 plooide de moderne mens op zichzelf terug om met zijn eigen televisie nog een klein raampje op de verre wereld te houden: alleen en vaak angstig, hoogstens vergezeld van het de leden van het kleine kerngezin.
De kracht van een samenleving, van een veilige gemeenschap werd gebroken.

Zhang Yang werd door de Chinese filmcensoren verplicht een scène te schrappen waar projectontwikkelaars het badhuis komen opmeten omdat de hele wijk plaats moet maken voor een nieuw winkelcentrum met torenhoge flatgebouwen: “In de scène erna stierf de oude Badmeester Liu. De filmcensoren waren bang dat het publiek een negatief verband zou leggen tussen die twee gebeurtenissen. Meester Liu die zelfmoord pleegt omdat hem zijn badhuis wordt afgepakt. Zo luidde ongeveer hun argument. Ontmoedigend? Zeker, maar ik blijf er niet te lang bij stilstaan. Ik wil zoveel mogelijk films maken, zodat ik steeds weer op zoek kan gaan naar de grenzen van wat wel en niet kan. De Chinese film heeft, om te kunnen groeien, publiek nodig. Bovendien weten we allemaal dat protesteren tegen de censuur geen zin heeft. Daarom probeer ik me zo goed mogelijk in de censoren te verplaatsen. En er steeds wat meer speelruimte bij te smokkelen.”
'Shower ' is een tedere film over menselijke relaties tegen de achtergrond van de dreigende individualisering en commercialisering van mensenlevens in de Chinese grootstedelijke cultuur.
De eenzaamheid van ouders en kinderen van de gedwongen éénkindgeneratie is bijtend, uitzichtloos en blijvend. Guanxi – het zakelijke relationele netwerk – noch frequent digitaal contact strijkt hieraan helende zalf. Wellicht zal de aloude Chinese massagecultuur een uitweg kunnen bieden voor wie met gesloten ogen zijn of haar huid, buik-, borst- en billenvet, spiermassa en pijnlijke zones laat strelen en strijken, kneden en knijpen als een vorm van 'auto'- mutilatie door genadige mensenhanden en krachtige vingers van de eigen of de andere kunne. Duizend keer beter en helender dan de mechanische illusie van een moderne machinale beurt.
Er is nog veel strijkwerk aan de winkel in het Harmonieuze China.
Er is nog meer knijpwerk van doen om de gaten te dichten in het Westeuropese grootstedelijke weefsel en het leven van zijn bewoners.

Archief

Ruiyuan C: zwartwit en kleur van de vergankelijkheid – Hakka Tulou woningen

6 december 2007

Ruiyuan C: zwartwit en kleur van de vergankelijkheid – Hakka Tulou woningen, of hoe de ‘joden’van Azië overleefden.

In Sjanghai heb ik vorig jaar zijn foto's voor het eerst gezien in het kunstencentrum Moganshan Lu 50. Mijn oog viel op zijn merkwaardige composities in zwartwit van Hakka Tulou woningen met één discreet kleuraccent.
Hakka zijn Han Chinezen die gedurende bijna 2000 jaar in vier grote golven al dan niet gedwongen door de centrale heerser naar het zuidoosten van het rijk emigreerden en van daaruit in verschillende eeuwen over heel de wereld. Vandaar hun epitheton Chinese ‘joden’.
Zij bouwden hun huizen als ronde of vierkante vestingen met een enkele toegangspoort, zonder ramen op de onderste verdiepingen waar vee en voorraden werden bewaard.
Op de hoogste verdiepingen leefden de ‘dorpelingen’.
De binnenplaats werd een tempel voor de voorouders die midden hun nakomelingen aanwezig bleven, tegen een vijandige buitenwereld die de Hakka hun economisch en politiek succes benijdden.
De invloed van dit belaagd opgroeien in een vijandige omgeving – doch beschut binnen de eigen muren – met de eigen netwerken over heel China en later over de hele wereld moet in die vele eeuwen zeer groot zijn geweest.

De foto's van Ruiyan C zijn schitterend door zijn spel met zwartwit en kleur om de vergankelijkheid van de onvergankelijke en eeuwige waarheid vast te leggen, voor wie na ons komen zal.

Ruiyuan C '? Vision Videa

Freelance photographer ,the Chinese Photographers members , the Shanghai Photographers members and the Fujian Photographers members. Youth Photographic Society of Fujian, executive director of Putian City Youth Photographic Society vice president.

In Fujian Youth Photographic Society Tenth Member Showcase ,the work “Homeland” was the Gold, “Water Melody” and”Shops” were Bronze,”Area between” and “Splendid Sunshine” were outstanding awards,In National Amateur Photographers Photography Contest,The work “Raincoats or Umbrellas” won awards for excellence.The work “Beautiful Impression” won the gold prize and also published in the Journal of the National Popular Photography.Prior to this, many of his works have been published in this magazine.

“Wuyishanshui” was second prize in the photography contest “Entering Wuyishan” by CCTV.

met dank aan Arlette voor de foto’s – aan Rik & Iris voor het behouden transport.

Archief

Michael Moore '? Sicko of ‘going Dutch’ – nu ook in Nederland

22 november 2007

Best pijnlijk en grappig, snijdend en vileinig, ook wel ontroerend en tenenkrullend, hilarisch en beschamend om te zien hoe Michael Moore met Sicko hét thema van de Amerikaanse presidentsverkiezingen probeert te bepalen.
Hij toont hoe ondermeer Hillary Clinton en haar entourage en tal van heren senatoren en congresleden het schuchtere Health Care Plan van 1993 hebben laten naaien voor geld, heel veel geld en schitterende postjes in de medische en farmaceutische sector.

Het scenario is subversief, het verhaal is in de bekende overdrive met lapidaire tussenwerpsels gepresenteerd. Maar het draagt ongetwijfeld bij tot de agenda van de politieke en sociale evolutie in de V.S.A.
De volgende presidentsverkiezingen zullen draaien om de toekomst van de Amerikaanse gezondheidszorg. Althans dat wil Michael Moore en vele Amerikanen met hem.

Zijn film – net uit in Nederland – haalt hier ruim de nationale media: er speelt immers horror, de angst voor herkenning, en de spiegelparade van Nederland als gidsland.
De liberale minister Hans Hoogervorst (gewezen socialist en sinds dit jaar ruim gehonoreerd als voorzitter van de Autoriteit Financiële Markten: 270.000 euro per jaar) heeft met het vorige kabinet Balkenende de nieuwe zorgverzekering doorgedrukt.
De tucht van de markt zou een grotere rol krijgen waardoor de zieke zorginkoper meer waar voor zijn of haar geld beloofd werd.
Niets is natuurlijk minder waar want het zorgaanbod is '? in tegenstelling tot de Belgische plethora – te beperkt, waardoor zelfs met vastgelegde tarieven de prijzen voor de zorg zullen blijven stijgen.
Privaat kapitaal zal de weg vinden naar de sector en daar met de nodige commercie aan het privatiseren slaan met als netto resultaat: minder zorg voor meer geld.
En dus snelle fusies tot monopolievorming met het oog op betere cijfers voor investeerders.

In de V.S. is dit fenomeen na 1945 goed op dreef gekomen onder de dwingende leiding van de Amerikaanse artsenvereniging (AMA), die zich met succes verzette tegen enige overheidsinmenging in de gezondheidszorg wegens meer winst en hogere honoraria in het vooruitzicht.

Michael Moore speelt met Sicko handig in op de groeiende verontwaardiging van de Amerikaanse middenklasse die steeds beklemmender lijdt onder de forse winsthonger van de zorgverzekeraars: bedrijfsgebonden verzekeringen die je verspeelt bij ontslag of faillissement, koppelverkoop van gezondheidszorg in aangewezen ziekenhuizen waar de schadeverzekeraar het niveau van de behandeling bepaalt en 50 miljoen mensen die zonder enige verzekering aan de goden overgeleverd worden.

De vlucht voorwaarts is in zo’n politieke situatie belangrijk voor de grote spelers op de markt: 'going Dutch' wordt het ordewoord van de toekomst: eenieder betaalt voor zichzelf, maar de excessen moeten met overheidsgeld en '?regulatie getemperd.

Vandaag kloppen de Amerikaanse beleidsmakers en zorgverzekeraars aan bij hun Nederlandse collega's zodat de politieke leiders van het oude gidsland zich warempel weer in alle glorie hersteld weten.
Zij het dat het nieuwe Nederlandse zorgstelsel nog geen twee jaar draait en al voor behoorlijke problemen zorgt: falende ziekenhuizen en zorgverleners, dalende kwaliteit van de zorg aan huis en in verzorgingstehuizen door de steeds scherpere concurrentie tussen de aanbieders op de markt van welzijn en geluk.

De tucht van de markt tuchtigt vooral de zorgzoekers, de zieken, de zwakken en de misselijken.

Sicko slaagt erin om de kern van de discussie helder te presenteren in een boeiende babbel met de Old Labour partijleider Tony Benn:

'?Before we had the vote, all the power was in the hands of rich people. ... What democracy did was to give the poor the vote, and it moved power from the market place to the polling station, from the wallet to the ballot. ('?)I think democracy is the most revolutionary thing in the world. If you have power you use it to meet the needs of you and your community. And this idea of choice which capital talks about all the time, choice depends on the freedom to choose and if you're shackled with debt you don't have the freedom to choose. People in debt become hopeless and the hopeless don't vote, so they always say everyone should vote, but I think if the poor in Britain or the United States voted for people who represented their interests if would be a real democratic revolution. And so they don't want it to happen. See I think there are two ways in which people are controlled. First of all frighten people and secondly demoralise them. An educated healthy and confident nation is harder to govern. And I think there's an element in the thinking of some people we don't want people to be educated, healthy and confident because they would get out of control. The top one per cent of the world's population own eighty per cent of the world's wealth. It's incredible that people put up with it but they are poor, they're demoralised and they're frightened and therefore they think the safest thing to do is to take orders and hope for the best.'

Hier laat Michael Moore de oude en fragiele Tony Benn met een voorhamer een mokerslag uitdelen aan zijn New Labour opvolgers zoals Tony Blair om tot de kern van de zaak te komen: een maatschappijvorm waar 'going Dutch' tot norm wordt verheven kweekt angstige burgers die gauw geneigd zijn om in hun vertwijfeling de strijdende leider te volgen, of het nu tegen de duivel, dan wel de terreur, dan wel de binnenlandse vijand is.

Als er iets in 'Sicko' verpletterend duidelijk wordt, is het wel de angst waarmee staats- en regeringsleiders een zelfbewuste gepolitiseerde kudde onderdanen het hoofd moeten bieden met het oog op hogere kapitaalsbelangen die toe zijn aan ‘cashen’ '? deze keer in de gezondheidssector.
De gemeenschap en de belastingsbetaler draaien telkens weer bij het ‘scheiden van de markt’ op voor grote kapitaalsintensieve investeringen met langlopende risico's zoals infrastructuur, gezondheidszorg, onderwijs, fundamenteel wetenschappelijk onderzoek.
Wanneer de tijd rijp lijkt, kan daarop een nietsontziende privatiseringsgolf los gelaten worden, al dan niet na een dwingend verzoek van de Europese Commissie.
Zo wordt de kudde weer grootschalig kopschuw gemaakt door de tuchtigende wanorde van de markt tot ze voldoende bewonnen, wanhopig en neurotisch na grote traumata en met het oog op de nakende kostenstroom weer aan een zalvende collectivisatie of socialisatie wordt onderworpen.

De voorbeelden uit de Verenigde Staten van Amerika die in Sicko tegenover de gezondheidszorg in Canada, Engeland en Frankrijk geplaatst worden zijn karikaturaal duidelijk.

Het ommetje langs de enige plaats in de V.S. waar van staatswege gratis gezondheidszorg wordt geleverd is hilarisch. Vanaf de goed uitgeruste gezondheidsvoorzieningen op Guantanamo Bay trekt Michael Moore met zijn gekwelde fanfare van honger en dorst naar het beloofde land van Cuba, waar hij met zijn 9/11 helden met open armen wordt ontvangen voor prima medische zorg en spotgoedkope medicijnen.
Het Cuba-hoofdstuk was erover, en geen klein beetje.
Dus kon je er goed mee lachen, wat niet het geval was voor alle zieke 9/11 – helden.

Er staat de zieken, zwakken en misselijken nog een bittere lijdensweg te wachten, ook in Europa.

Temeer daar de medische mallemolen nog steeds volop preekt over het eind van alle kommer en kwel, van het vele leed en het nog grotere leedvermaak, dank zij nieuwe technieken, patenten, producten voor de komende ziekten van te veel honger en dorst, de angst voor de pijn van het zijn en voor het verlossende einde van alle leed.

Gidsland Nederland trotseert alweer als eerste de stormen met een nieuwe invulling van het beroemde 'going Dutch'.

In België bleek de reactie op Sicko begin oktober eerder marginaal want daar klinkt de privatiseringsboodschap nog niet zo luid.
Het pluimen van de zieken, zwakken en misselijken verloopt in België immers subtieler maar efficiënter: een derde van de totale zorgkost (remgelden, niet verzekerde kosten) wordt door de zieken zelf opgehoest in kleine beetjes, bij iedere zorgprestatie, bij ieder medicijn.
De Belgische helers en genezers van overheidswege weten immers hoe vele kleine beetjes toch een forse slok op de bittere borrel worden.
Maar tijdens de regeringsvormende ezelsdracht begint ook in België wat te roeren: – een kwart van de bevolking heeft het nu al moeilijk om de kosten van hun gezondheidszorg te betalen. – driekwart gelooft intussen dat er een financieringsprobleem ontstaat in de gezondheidszorg. – privéverzekeraars zien daar brood in, of eerder zoetekoek want voornamelijk geà?nteresseerd in de dure extraatjes waar forse winsten lijken te lonken zoals de hospitalisatieverzkeringen.

Het lijkt wel of ze niet willen begrijpen dat de zorgverstrekkers de zoete geur van dat zachte geld niet kunnen ruiken en hun dienstverlening vlot zullen aanpassen met het oog op een maximaal rendement bij patiënten die over een geurige verzekeringspolis beschikken.

Privéverzekeraar DKV maakte op 20/11/2007 de resultaten bekend van een zorgenquête in samenwerking met Knack, Trends, Plus, Le Vif en De Zondag:

‘Een meerderheid van de bevolking stelt dat de overheid de kosten van de gezondheidszorg niet alleen zal kunnen dragen, en dat de privésector een rol moet spelen. De aanvullende hospitalisatieverzekering stimuleren zien de meesten als het ideale middel om te besparen op de gezondheidszorg, en het fiscaal aftrekbaar maken is voor de overgrote meerderheid (83 procent, nvdr) de beste stimulans.’

Toch raar dat de meerderheid van de bevolking zoiets ‘stelt’ als ze volgens dezelfde enquête niet eens blijkt te beseffen dat ze jaarlijks 25 Euro per kop moet betalen voor een verplichte Vlaamse zorgverzekering!

Dit soort zorgenquêtes zijn dan ook een onderdeel van de grote stemmingmakerij met het oog op een oranje-blauwe tuchtiging die in de gezondheidszorg de deur moet openwrikken voor ‘going Dutch’, maar dan op z’n Belgsich, met heel veel bittere kleine beetjes.
Merkwaardig dat de christelijke ACW, ACV en CM vleugel dit sociale sloopwerk lijkt te tolereren bij de vorming van een nieuwe regering.

‘Sicko’ van Michael Moore was bij wijlen een ontroerende en tedere ode aan 'going European' in plaats van 'going Dutch'.

In Europa koesteren we nog de illusie van een samenlevingsideaal: samenwerken, samenstaken, samen ziek zijn, samensterven.
Het oogt veel aangenamer. Het sluit veel beter aan bij het menselijke oergedrag.
In een zelfbewuste kudde is het immers beter grazen en paren.
Sicko lijkt wel een Europese film!
Er wordt dan ook veel gelachen tijdens vertoningen in Europa.

Archief

Johan Vande Lanotte (gewezen sp.a-voorzitter) in De Morgen: een helder beeld doorheen de pijnlijke spiegel van zijn arrogantie.

18 november 2007

Filip Rogiers laat in De Morgen Zeno van 17 november 2007 gewezen sp.a-voorzitter Johan Vande Lanotte zijn geniale politieke inzichten etaleren om zo vlug mogelijk de sleutelkabinetten opnieuw te kunnen betreden.
Meteen krijg je een helder beeld doorheen de pijnlijke spiegel van zijn arrogantie:

JVL: “Ho maar, ik word geen advocaat. Ik richt een juridisch dienstverlenend bedrijf op. Het is volgens hetzelfde principe als de Wetswinkel, alleen was dat gratis, nu is het commercieel. Het is een boeiend experiment om de praktijk van de advocatuur te koppelen aan wat je leert aan een universiteit, waar publiek recht toch veelal boekenwijsheid blijft.'?

JVL:'?Verliezen is voor mij iets tegennatuurlijk. Nog altijd kan ik daar een halve dag ambetant of weemoedig van zijn. Dat verlies zal ik waarschijnlijk nooit verwerken en ik wil dat ook niet. Maar dat we nu niet in een regering zitten en dat ik nu een nieuwe wending moet geven aan mijn carrière, vind ik niet erg. Alleen maar oppositie voeren zou ik niet kunnen. Ik moet mijn energie in iets positiefs kunnen steken.”

Johan Vande Lanotte maakt hier een forse fout en mistrapt zich wellicht onvrijwillig tussen het ijzervlechtwerk van de wetten van de macht zoals Elias Canetti ze analyseerde in 'Massa en Macht'. IJzervlechters mogen niet vallen tussen de opstaande betonijzers, want ze dreigen te verdwijnen onder de golven stortbeton:

'?Tot de macht behoort een ongelijke verdeling van het doorzien. De machthebber doorziet, maar hij laat zich niet doorzien. De zwijgzaamste moet hij zelf zijn. Niemand mag zijn gezindheid noch zijn bedoelingen kennen.'? p. 332

Dat zwijgen strookt niet echt met Johans hyperkinetische interpretatie van zichzelf en zijn omgeving.

JVL:'?Ik heb altijd gezegd dat ik mijn emoties voor betere dingen bewaar dan voor de politiek. Ik ben een cerebraal iemand. Ik word gestuurd door verontwaardiging over wat ik onrechtvaardig vind, maar ik zal altijd en tot elke prijs proberen een zeer rationele analyse te maken. Mogelijks verklaart dat mee waarom we het op 10 juni niet goed hebben gedaan, al is het net zo goed ook met diezelfde karaktertrek dat we in 2003 gewonnen hebben. Analyseer wat je wilt, er is ook zoiets als tijdgeest en die heb je niet in de hand.'?

Hij lijkt van Machiavelli's 'Heerser' vooral begrepen te hebben dat deze achter het imago van immanentie als een razende heen en weer moet springen om aan zijn onderdanen, aanhang en vijanden de illusie op te dringen dat hij overal tegelijk aanwezig is, dat het altijd zo was en vooral dat het altijd zo blijven zal.

JVL:'?Alleen maar oppositie voeren is niets voor mij. Ik heb jobs nodig waarin ik iets kan sturen, uitvoeren. Ik ben een beetje misvormd door al die jaren aan de macht. Ik kan niet tegen mijn verlies.'?

Niets is dan erger dan een verlies, zoals Vande Lanotte zijn partij heeft opgeleverd.
Niet is dan tragischer dan een vederlicht kroonprinsesje wankelend op het schild van het sp.a '? voorzitterschap dank zij de vlucht wegwaarts van de echte heersers.

Elias Canetti omschreef dit fenomeen in 'Over Flavius Josephus' p. 272:
'?Het bedrog is volkomen. Het is het bedrog van alle leiders. Zij doen het zo voorkomen alsof zij hun mensen in de dood voorgaan. In werkelijkheid echter sturen ze hen vooruit de dood in, om zelf langer in leven te kunnen blijven. De list is altijd dezelfde. De leider wil overleven; daaruit put hij zijn kracht. Als hij vijanden heeft om te overleven is het goed; zo niet dan heeft hij eigen mensen. In elk geval gebruikt hij beiden, afwisselend of tegelijkertijd. De vijanden gebruikt hij openlijk, daar zijn ze immers vijanden voor. Zijn eigen mensen kan hij slechts verkapt gebruiken.'?

JVL: '?Maar het is een misverstand om te geloven dat je in de toekomst kunt winnen als je maar te weten komt waarom je in het verleden verloren hebt. Het is louterend om de analyse te maken van je verlies, maar het is niet helend. Mijn analyse is vrij simplistisch en beperkt, maar ik heb gezworen ze voor mezelf te houden. Het brengt niets bij aan mogelijke winst in de toekomst.'?

'?Men kan zich niet onttrekken aan het vermoeden dat achter elke paranoia, zoals achter elke macht, dezelfde diepere tendens schuil gaat: de wens de andere uit de weg te ruimen, om de enige te zijn, of, in de mildere en vaak toegegeven vorm, de wens zich van de anderen te bedienen, zodat men met hun hulp de enige wordt'? Elias Canetti, ibidem ,p. 524

'?Those who cannot remember the past,

are condemned to repeat It'?.
Georges Santayana

Archief

‘Red de solidariteit’ of ‘Democratische differentie’ Peter De Graeve

7 oktober 2007

Hoe zo solidariteit?

Rik Van Cauwelaert in Knack van 10 oktober 2007.

' (...)In dat licht heeft de petitie Red de solidariteit, georganiseerd door vakbondslui en althans wat de BV signaturen betreft, veelal ondertekend door zelfbenoemde wereldburgers die destijds een groot entousiasme betoonden voor Paars, iets pijnlijks.
De ondertekenaars vrezen immers dat al dat constitutionele gekonkel de solidariteit tussen Vlaam en Waal in het gedrang brengt, ja zelfs zal doorknippen. Om deze funeste onderneming af te blokken, gooien al die BV's zich met ware doodsverachting op de sporen voor de aanstormende trein. Blijkbaar heeft geen van hen zich afgevraagd hoeveel solidariteit er de voorbije jaren al overboord werd gegooid.

Vandaag betalen de Belgen gemiddeld nagenoeg 28% van de gezondheidszorg uit eigen portemonnee '? de cijfers komen uit de gezondheidsindicatoren van de OESO. Volgens de Wereldgezondheidsorganisatie (WHO) ligt het cijfer nog hoger en betalen de Belgen, nog altijd de zwaarst belaste werknemers in Europa, nu al 33 % uit eigen zak. Ter vergelijking: en Fransman betaalt 24 %, een Duitser 22 %, een Zweed nauwelijks 15%.
Sommige patiënten, langdurig zieken en ouderen, dragen in een aantal gevallen tot 45 % en meer van de kosten voor hun medische verzorging. Elke stijging van de gezondheidskosten treft uitgerekend die kwetsbare groepen.

Dat deze evolutie tot regelrechte persoonlijke drama's leidt hoeft geen betoog. 27% van de Brusselaars leeft momenteel op of onder de armoedegrens. En die wonen niet in de hoofdstedelijk buurten waar momenteel de Belgische vlaggen wapperen. Zij genieten blijkbaar niet van al die heerlijke vetpotten.
Het wereldburgerschap is alleen weggelegd voor de Belgen die het zich kunnen veroorloven, zoals de BV's op de lijsten van Red de Solidariteit. Het is niet weggelegd voor de arme drommels in Brussel en de langdurige werklozen in de Borinage en de Centre.
Het is niet voor hen dat oranje-blauw in de steigers moet, maar om een belastingsverlaging en de continue hold-up van de notionele interestaftrek mogelijk te maken. En om Afrikaanse armoedzaaiers buiten de grenzen van het unitaire België te houden.'

Democratische differentie
Peter De Graeve

Je kunt niet je handtekening plaatsen onder het laatste metafysische begrip '? solidariteit '?, en overgaan tot de orde van de dag: je liedje zingen voor een volle zaal, je versjes schrijven, een ererondje draaien. Sommigen doen nu alsof de hemel op ons hoofd zal vallen indien de solidariteit ophoudt te bestaan. De commotie lijkt naast de kwestie. Nooit eerder was de steun voor de Derde Wereld zo groot. Nooit eerder ging het daar zo slecht. Waar zit het oorzakelijk verband? Op analoge wijze doet men alsof het volstaat te geloven in de solidariteit om het hachje van de natie te redden. Ach ja, links Vlaanderen'? Het leeft met milde hand, het denkt met een mild hoofd. Het heeft zopas zijn eed van eeuwige trouw gezworen op het altaar van de goedgelovigheid. Nu wacht het met ingehouden adem tot de wereld knielt.

Progressief Vlaanderen zit met een probleem. Dat heet: moderne democratie. Wat zich hier links noemt, lijkt het democratisch bewustzijn van onze snel evoluerende moderniteit niet in al zijn finesses aan te voelen. In vroeger tijden volstond het de troepen op te voeden tot politiek bewustzijn, ze 'een geweten te schoppen'. Het kwam erop aan de mechanismen van historische onderdrukking bloot te leggen, en deze vervolgens door gerichte politieke acties te bestrijden. De traditionele emancipatie (daensisme, socialisme, feminisme '? maar ook de vermaledijde 'Vlaamse ontvoogding') beantwoordden aan deze modernistische logica. Het axioma was simpel: slopen en heropbouwen, tabula rasa. Het oude huis gaat eraan, op dezelfde plek verrijst het nieuwe.

Dit soort rechtlijnige bewustmaking behoort definitief tot het verleden '? zoals sp.a nu ervaart. Er is niet langer een 'buiten' van de democratie, waartegen idealistische bevrijders zich kunnen richten. Alles is democratie. De democratie is alles. Vandaag overheerst het 'differentiedenken': etnische, sociale, culturele verscheidenheid. Dit is een fundamentele democratische waarde: leren omgaan met het vreemde '? met de vreemde. Progressief Vlaanderen heeft dringend nood aan wat ik zou noemen 'democratische differentie'. Alle progressieve vrienden die ik ondervraag over de recente communautaire oprispingen zeggen me letterlijk hetzelfde: dit waren de problemen van onze ouders en grootouders, het is niet langer ons probleem. Ze beschouwen het hele gedoe als iets vreemds. Waar het verschijnt, zoals nu, verveelt dit vreemde hen, ergert hen, maakt hen naar eigen zeggen bang. Daarom sluiten ze het liever uit. Liever roepen ze op tot onvoorwaardelijke solidariteit, zonder zich af te vragen waar die precies vandaan komt, of heen moet. Progressief Vlaanderen verdedigt '? en terecht '? de waarde van de differentie op een sociaal, etnisch, cultureel vlak. Tegelijk echter koestert het progressieve Vlaanderen een steeds radicalere indifferentie tegenover datgene wat het als vreemd ervaart in zichzelf, die 'vreemde voorvaderlijke geschiedenis', die nochtans de zijne is. Het discrimineert zichzelf. Daardoor discrediteert het zichzelf. Het blijft blind voor de eigen politieke differentie, die ons, of we dat willen of niet, heeft gemaakt tot wie we zijn.

Links Vlaanderen wordt verslonden door een ijzige onmacht om deze democratische differentie te denken. Het minimaliseert de verwezenlijkingen van de Vlaamse democratiseringsbeweging, omdat het anders verplicht is mee over de herhaaldelijke historische ontsporing ervan na te denken, als iets dat zìjn geschiedenis uitmaakt. Links doet immers nog steeds alsof dat verleden de zaak is van een ander, niet de zijne. Het doet vervolgens alsof dat verleden iets is wat het kan uitstoten, als een exorcist. Dit lijkt mij een oedipale vergissing: je vader niet kennen, en hem omleggen, je moeder vergeten, en er naast gaan liggen. Progressief Vlaanderen doet alsof de ontsporing van de Belgische democratie, in een ver of nabij verleden '? en straks, in de nabije toekomst '? nooit haar probleem is geweest, altijd dat van een ander. Dat is de reden waarom links Vlaanderen Franstalig België ongegeneerd naar de mond kan praten. Ook daar verdringt men de 'democratische differentie' waarin dit land gewrongen zit. Progressief Vlaanderen denkt dat het zijn morele huisje op orde heeft. Maar het pand is gekraakt, en de indringer, het verleden, ijsboert met plompe tred door de kamers, zonder ontzag voor meubelen en huisgerief'?

Links Vlaanderen wordt door de huidige crisis pijnlijk geconfronteerd met de eigen niet geringe verantwoordelijkheid in de ontsporing van de Belgische democratie. Het zou de democratische waarden scherp kunnen stellen op grond waarvan een oplossing van deze crisis denkbaar wordt. Maar links Vlaanderen denkt niet. Het signeert, het emotioneert, het speelt zijn valse morele spel. Het doet er alles aan om dit debat te ontlopen en in de kiem te smoren. Zo decoreerde een nationaal dichtertje mij onlangs in Knack met alles wat naar hedendaagse beschavingsnormen onmenselijk heet: flamingantisme, nationalisme, verlichtingsfanatisme. Nog even en ik was er aan de paal genageld als antisemiet. Hoe hard moet je niet van de realiteit wég willen kijken om zoveel scheels te bedenken? Weldenkend zijn in Vlaanderen betekent blijkbaar vooral één ding: praats hebben. Maar ik weet wat de dichter nog niet weet. Dat onze mooie grijze hemelen geen beton zullen worden. Dat de solidariteit niet zal stilvallen indien je de grondslag ervan democratiseert '? wat wel een politiek debat veronderstelt, geen gemoraliseer. Ik weet dat dit politieke debat, over de kern van de zaak, namelijk de verdere democratisering van België, zijn historisch beslag zal krijgen. Want niemand kan dat verhinderen. Niet links, niet rechts. Geen Vlaming, geen Franstalige. Vorst noch onderdaan. (Ni dieu, ni'? Maingain, nietwaar, linkse vrienden?) België zal democratisch zijn, of het zal niet zijn. Daar zet ìk mijn handtekening onder.

Peter De Graeve is filosoof

Archief

Erik De Bruyn – Jan Van Duppen op Kanaal Z: ‘Heeft de sp.a nog toekomst?’

24 september 2007

Op Kanaal Z 22 september 2007: een debat tussen Erik De Bruyn, die voorzitter wil worden van de SP.A, en Jan Van Duppen, die de SP.A definitief voor bekeken hield na 1 legislatuur in de nationale, Vlaamse en gemeentepolitiek.

Bekijk het debat van 35 minuten met Veronique Goossens en Rik Van Cauwelaert:
‘Heeft de sp.a nog toekomst?’

http://www.kanaalz.be/CMarticles/ShowArticle.asp?ArticleID=12439&SectionID=143

Archief

Caroline Gennez en Dirk Van der Maelen als kandidaten voor het sp.a voorzitterschap?

26 augustus 2007

Caroline Gennez en Dirk Van der Maelen flankeren een rode Marianne die tegen de blauwe achtergrond wegvlucht van hun gebeuzel op de profetische foto van Bob Van Mol in De Morgen van vrijdag 24 augustus 2007.
Caroline heeft als sp.a-ondervoorzitter en gewillige meid voor alle werk met graagte en ingehouden gretigheid haar kandidatuur gesteld voor het voorzitterschap van een imploderende partij. Tenslotte is ze al zolang jong en vrouw en onder diverse voorzitters dat ze zichzelf nu wel rijp genoeg acht voor het voorzitterschap zelf.
Om haar met enige sérieux te maquilleren mag de aloude Kamerfractieleider Dirk Van der Maelen haar flankeren als 'running-mate'. Dirk draagt op dezelfde fenomenale foto een Groen! hemd en blikt in de lens met een grijns van kiespijn. Hem werd na jaren als trouwe zweepdrager door de scheidende voorzitter de bullepees van het fractieleiderschap ontnomen ten voordele van de scheidende vice-premier en minister van begroting en consumentzaken, Freya, die dan op de valreep eerder opteerde voor de kinderen.
Caroline noch Dirk beseffen dat jaren als zweepdrager in het Vlaams parlement of de Kamer nog wat anders is dan fractieleider van een oppositiepartij. In de oppositie wordt je fractie verondersteld inhoudelijk, verbaal en mediageniek weerwerk te bieden aan de regeringsmeerderheid. Dat is fundamenteel verschillend van jarenlang de kunst van het zwijgen en doen zwijgen te beoefenen, het instemmen en doen instemmen, het frustreren en ridiculiseren van de fractieleden met zachte of harde dwang, met valkuilen, lokaas en de dreigende bullepees.
Wie dit soort politieke kunstjes jarenlang op bevel van de meester hebben opgevoerd, klinken raar wanneer ze beweren dat ‘de sp.a moet afstappen van de angst voor het debat’.

Het programma dat zij meenden te moeten presenteren voor hun voorzitterschapsambities '? nu Hans Bonte op het geblaf van honden zijn ambities weer eens heeft bijgesteld '? is tekenend voor dezelfde implosie van hun partij, al presenteren ze het graag pront en parmantig met een lijzige sneer naar de Patrick uit de Koekenstad die de opdracht kreeg om een analyse van die implosie te fabriceren en dit met enig dédain overlaat aan zijn koelies.
Daarbij valt immers geen eer noch baat te rapen.

Ze lijden dan ook aan de ziekte die J.M.Coetzee in zijn 'Dagboek van een slecht jaar' voor de Australische sociaal-democraten weet te omschrijven:

108. Na de ene electorale nederlaag na de andere te hebben geà?ncasseerd krijgt de Australische Labor Party '? ALP - nu de kritiek dat ze haar leiders uit een te beperkte politieke kaste rekruteert, van mensen die geen levenservaring buiten de politiek en buiten de partij hebben. Ik twijfel er niet aan dat die kritiek terecht is. Maar de ALP staat daarin geenszins alleen. Het is een elementaire misvatting te concluderen dat omdat in een democratie politici het volk representeren, politici representatief voor het volk zijn. Het besloten leven van de typische politicus lijkt sterk op het leven in een militaire kaste of in de maffia of in Kurosawa’s bandietenbendes. Je begint je carrière op de onderste sport van de ladder, met boodschappen doen en spioneren; als je hebt bewezen loyaal en gehoorzaam te zijn en bereid om rituele vernederingen te ondergaan, word je ingelijfd bij de bende zelf; daarna geldt je eerste plicht de bendeleider.

Met enige vertraging waaien ook bij de sp.a – al dan niet met spirit – de poppetjes van de dure marketeers door hun ondraaglijke lichtheid als overbodige pluisjes weg van de reële wereld.

Coetzee wijdt in hetzelfde Dagboek een 'Uitgesproken mening' aan Tony Blair die ook menig sp.a-spirit wonderboy of '? girl niet misstaat:

113. Over Tony Blair.
Het verhaal van Tony Blair zou regelrechte uit Tacitus kunnen komen. Een doodgewoon jongetje uit een kleinburgerlijke milieu met alle correcte standpunten van dien (de rijken moeten de armen subsidiëren, het leger moet streng aan banden worden gelegd, burgerrechten moeten verdedigd tegen een aantasting door de staat), maar zonder filosofische scholing en met een gering vermogen tot introspectie, en zonder enig innerlijk kompas behalve persoonlijke ambitie, gaat scheep voor de politieke reis, met al zijn vervormende invloeden, en eindigt als een liefhebber van de hebzuchtige ondernemersgeest, als een oorlogshitser, een medeplichtige aan het martelen en doen 'verdwijnen' van tegenstanders. ('?)

Wat gewone mensen de keel uit begint te hangen is om verklaringen van hun regeerders te moeten aanhoren die nooit helemaal waar zijn: een beetje minder dan waar, of een beetje bezijden de waarheid, of met een draai eraan die de waarheid doet wankelen. Ze wilden af van de voortdurende uitvluchten. Vandaar hun honger (een lichte honger, zo moet worden toegegeven) om te horen hoe welbespraakte mensen van buiten de politieke wereld – academici of geestelijke of geleerden of schrijvers – over openbare aangelegenheden denken.

En dan komen Caroline en Dirk met een programma op de proppen waar alleen maar meer van dezelfde doorgedraaide gratis belastingverlagingpraatjes van cafébazen en zelfstandige ondernemers blijven hangen. Het toetje voor de duurdere elektriciteitskosten is helemaal een giller want het was de grote inspirator zelf die de marktwerking in de sector overhaast heeft doorgedrukt, waarna de al zo dure elektriciteit alleen maar duurder bleek te worden.
En verder veiligheid, zekerheid en vrijheid van keuze en meer nog een programma voor het genieten van het goede leven.

109. Over links en rechts.
Wat mij het meest beviel aan Australië toen ik het in de jaren 90 van de vorige eeuw voor het eerst bezocht, was de manier waarop de mensen zich in de dagelijkse omgang gedroegen: openhartig, eerlijk, met een ongrijpbare persoonlijke trots en even ongrijpbare ironische gereserveerdheid. Maar nu, 15 jaar later, hoor ik hoe het zelfbewustzijn dat in dat gedrag werd belichaamd in brede kring wordt gekleineerd als behorend bij een vroeger Australië dat uit de mode is geraakt.

Interessant, hoe op het moment in de geschiedenis waarop het neoliberalisme verkondigt dat, nu de politiek eindelijk bij de economie is ingelijfd, de oude categorieën links en rechts versleten zijn, mensen over de hele wereld die zichzelf graag als gematigd beschouwen – dat wil zeggen, wars van de excessen van zowel links als rechts – beslissen dat in een tijd van rechts triomfalisme het idee van links te kostbaar is om overboord te zetten.
In de orthodoxe, neoliberale visie is het socialisme bezweken en gestorven onder zijn eigen contradicties. Maar zouden we er niet een alternatieve versie van het verhaal op na kunnen houden: dat het socialisme niet is bezweken maar neergeknuppeld, dat het niet is gestorven maar vermoord?.

Het komt me voor dat iedere poging tot herijking of nieuwe definiëring van het socialisme als een progressieve wereldvisie vooral werd vermoord door de eigen beoefenaars van deze eredienst.
De resultaten zijn er naar, niets of niemand zal hun machteloos geleuter nog ernstig nemen. In een regering, aan de vetpotten van de macht en belangenverdeling, kunnen de hovelingen nog verwachten een hap toegegooid te krijgen. Kost wat kost deelnemen aan een regering is voor dit soort partijen een politieke, electorale en vooral machtstechnische plicht: hun acolieten smachten naar het matsen in de coulissen.
Het schitterende maneuver van de scheidende voorzitter en grondwetsdeskundige die met veel zin voor drama tegen een achtergrond van leed en lijden voor de mensen, door de mensen, met de mensen op 11 juni 2007 de doek in de ring gooide, bracht enkel de mediagenieke poppetjes – sommigen zelfs met tegenzin – op de scène. Zij mogen nu schaduwdansen in het Kabuki theater van de Belgische politieke scène, hét kenmerk van de sociaal democratische toneelvorm: pakkende maar onbegrijpelijk monotoon gezongen thema’s voor en over de gewone man die zelf reeds lang naar de karaoke bars is verkast om daar zijn gram te halen.

Het ware machtsspel speelt zich af op andere plaatsen waar een prachtig schaakspel wordt voorbereid maar nauwelijks nog iemand weet waar het schaakbord zelf gebleven is.

Mocht het toch niet lukken om er weer bij te zijn in het belang van de mensen – wie anders dan de sp.a verdedigt immers de belangen van de mensen uit de Dorpsstraat? De Kabinettenstraten worden intussen uitgezuiverd en van balast ontdaan – dan is er nog altijd de Vlaamse regering waar het goed heersen is op thema’s die van België eindelijk een echt federaal land zullen maken.
En de keer daarop zijn de echte socialisten er immers weer bij – zonder de PS kan volgens hen dit land niet verder.

Geef toe, een heerlijk spel van geven en nemen, prachtig pokeren op de achtergrond terwijl de oranjeblauwe geschelpten ondertussen vakkundig hun pijnlijke populisten weten te kisten, tot de tijd rijp is voor de langverkondigde, de ultiem gewenste tripartite van het ware staatsmansschap: na de promotie van gemeentebesturen als afspiegelingscolleges, eindelijk ook een federale regering als een afspiegelingscollege: iedereen blij, want niet alleen Bart Somers verklaarde zich ooit als minister-president burgemeester van Vlaanderen, Plopsaland.

Voor de sp met of zonder ‘A’ zullen nieuwe programma's moeten geschreven worden, die verder gaan dan populistische praatjes of gespin op basis van dure maandelijkse peilingen naar de kiesintenties en interesses van de burgers.
Er zullen andere representanten moeten gevonden worden dan de huidige sp.a voorzitterkandidaturen, die zich menigmaal onsterfelijk hebben gemaakt met boekjes over wat Europa allemaal niet mag zijn voor het ressentiment van de brave kiezers dan wel korting aan de benzinepomp voor de eigen partijleden eerst.

Het wordt moeizaam zoeken in de snel leeglopende korf van wat zichzelf bij de sp.a enig al dan niet erfelijk politiek talent meende te moeten toedichten: inteelt leidt altijd tot degeneratie.
Een nieuwe brede beweging met alle andere progressieve partijen en organisaties is de enige mogelijkheid tot een verkoopbare illusie van bronvernieuwing. Daar kan dan nieuw politiek talent bovendrijven.
Maar dat zal ongetwijfeld nog vele jaren aanslepen. En niet alleen in België, Nederland, Frankrijk en Duitsland.

Archief

Berlijn, Mijn Duitsland, Good Bye Lenin, Polen en nog zijn we niet verloren…

26 juni 2007

Mazurek D?browskiego is het nationale volkslied van Polen
van de hand van Jà?zef Wybicki uit 1797.

Het gaat mij vooral om die eerste regel.
'?Jeszcze Polska nie zgin??a: Nog is Polen niet verloren!'?
Dat heeft iets van dat andere volkslied:
'?Zij zullen hem niet temmen, de fiere Vlaamse Leeuw,'?'?

Mensen die dit soort volksliederen koesteren, mankeren iets. Zij lijden aan een onduidelijk maar schrijnend, rancuneus en eeuwigdurend gevoel van woede en verongelijktheid wat ze zichzelf hebben aangepraat. Het gaat steevast om een mythisch verleden waarmee ze zich gaarne laten opzwepen tot grootse heldendaden, voor eigen gebruik, in de keuken, bij de haard of voor tv bij voetbalwedstrijden of andere oorlogsspelletjes.
Dit soort volkscultuur is pijnlijk provinciaal, in zichzelf gekeerd en wezenlijk angstig voor wat onweerstaanbaar komen zal.
Dit soort liederen is als roepen in het donker, 's nachts kouder dan buiten, eigen aan mensen die zichzelf zien als een eeuwige underdog, de keffende kuitenbijters die als alternatief ook wel eens de eigen staart beproeven.
Blaffen tegen de maan terwijl de karavaan onverstoorbaar verder trekt.

Lees verder »

Archief

Filosofie Magazine, Ger Groot: ‘In de opvoeding vertegenwoordigt de vader de wet en de moeder de liefde’.

15 juni 2007

Volgens Ger Groot – filosoof aan de Rotterdamse Erasmus Universiteit – verwaarlozen vaders hun klassieke vaderrol, met als gevolg ontsporende kinderen. ‘In de opvoeding vertegenwoordigt de vader de wet en de moeder de liefde. Die binding is sterker dan de eenentwintigste-eeuwse mens graag zou willen.’

(...)

‘In het kapitalisme heeft de prestatiemoraal de plaats ingenomen van de arbeidsmoraal. Er wordt sterk de nadruk gelegd op productie, waarbij competitie dan het middel is om “het beste uit mensen te halen”. Een neoliberaal thema. Daarbij wordt vergeten dat competitie ook een probaat middel is om het slechte in de mens naar boven te halen. Op het moment dat je mensen systematisch onder druk zet, doordat je ze alle zekerheden ontneemt – zoals een vaste baan – dan haal je daar misschien op bepaalde terreinen een zekere winst mee, maar tegelijkertijd verlies je de morele evenwichtigheid van mensen. Dat wreekt zich onder andere in het feit dat we eigenlijk constant overspannen zijn. Hierdoor bouw je een continue gevaar voor explosie in de psyche in.’

Filosofie Magazine 5/2007

Archief

Voor de overwonnenen, de sp.a : democratie ligt ons nauwer aan het hart dan ‘ socialisme ‘.

11 juni 2007

Op woensdag 28 april 2004 publiceerde De Standaard en De Morgen een uitgebreid interview met mij toen ik de ‘strijdplaats’ na het nodige gekonkel op de lijst van Patrick Janssens weigerde.

De Standaard plaatste mijn ‘politiek testament’ op haar website.

Verrassend om dit vandaag nog eens te herlezen.
De nood aan een nieuwe ‘linkse’ beweging in Vlaanderen wordt eens te meer duidelijk.
Dat dit niet zal uitgaan van wat er nog van de sp.a-spirit rest, mag intussen ook meer dan duidelijk zijn, behoudens misschien na een zengende en zuiverende, langdurige oppositiekuur.

Dat ‘links’ in Vlaanderen én Wallonië én Nederland én Frankrijk én Engeland én Duitsland én’.... zich grondig zal moeten bezinnen, is evident.
De oude verhaaltjes hebben afgedaan, de kiezer is mondig geworden en kiest veel meer ‘autonoom’ in functie van de hype van het moment, de kracht van een reclamecampagne én/of zijn of haar eigen grondige overwegingen. De kiezer – ook de ‘linkse’ – kiest steeds meer strategisch.
Dat dit een gevolg is van de personencultus en de presidentiële allures die sommige kopstukken zich menen te moeten aanmatigen is evident en onomkeerbaar.

Begin 2004 was het mij meer dan duidelijk dat de democratie ons nauwer aan het hart ligt dan ‘socialisme’ en dat het mij hoe dan ook onmogelijk zou gemaakt worden door de sp.a – partijtop op te komen voor die democratie tegen het heersende populisme.

Democratie is een bloedernstig spel, te belangrijk om er een populistische karikatuur van te laten maken

De SP.A-politicus en huisarts trekt zijn kandidatuur op de SP.A-Spirit-lijst voor de Vlaamse parlementsverkiezingen in. Hij stapt uit de politiek: ,,Een autoritaire partijleiding en een populistische partijlijn maken het voor mij onmogelijk nog langer zinvol politiek werk te verrichten’‘, geeft hij als reden op.
In zijn ‘politiek testament’ geeft Van Duppen meer toelichting.

Lees verder »

Archief

sp.a: JA!JA!JA! Wir sind wieder da…! Of hoe populisme gebald kan zijn.

23 mei 2007

JA! vroeger en nu - gisteren en morgen - allen samen zonder zorgen

JA! als iedereen werkt, werkt alles beter!

In De Karavaan van De Standaard werd op 23 mei 2007 een bijzonder interessante beeldvergelijking afgedrukt.
Iemand met kennis van zake heeft begrepen waar de parallel van het populisme culmineert of snijdt op oneindig.
Een politieke partij die zich meent te moeten profileren met vrije tribunes voor het ‘middenveld’, die de kiezers zelf aan het woord moet laten in haar zendtijd, die de burgers een spreekbuis willen geven, schuurt al fors langsheen ‘Wij zeggen wat u denkt!’
Een politieke partij die haar beleid en haar programmapunten naadloos laat aansluiten bij de tweewekelijkse peilingen van dure reclamebureaus hoopt de leegte van haar verhaal te verhullen met de praat van de straat.
Een politieke partij die finaal uitpakt met één kernachtige, mobiliserende, positieve en meeslepende kreet, eenstemmig uit alle kelen: ‘JA!’, heeft zelfs geen wol meer te bieden.
Alleen nog geblaat van het schaap voor de kudde.
‘JA!’ is een mal, een gietvorm, een strijdkreet die alle ladingen kan dekken.
De kiezer is het haasje. De leider de rattenvanger.

Addendum op 9 juni 2007.

De campagnestrategen van sp.a-spirit hebben hun ‘JA!’ geperfectioneerd en uitgediept.
Het werden een paar duizend boodschappen, van hopelijk evenweel booschappers die ook de stad, het land en wereld werden rondgestuurd, te voet, per fiets, in de auto en op het web.

Peter Sloterdijk duidde dit fenomeen reeds in zijn trilogie ’ Sferen’ op p.890:

“De actuele stand van de vrije boodschappenmarkt, die, voorzover men dat kan beoordelen, tevens haar eindtoestand zal zijn, is door Franz Kafka in een kleine parabel uit 1914 exemplarisch opgeroepen: ’ Ze werden voor de keuze gesteld koningen of koeriers te zijn. Zoals alle kinderen wilden ze allemaal koeriers zijn, daarom zijn er louter koeriers. En omdat er geen koningen zijn, lopen ze doelloos in het rond en roepen elkaar hun zinloos geworden berichten toe. Graag zouden ze een einde aan hun ellendige leven willen maken, maar vanwege hun ambtseed durven ze dat niet.‘. '?

De voorzitter en de leider van de sp.a-spirit campagne heeft zich intussen met een briljante strategie op het voorplan gewrongen in wat als een finale sprint gepresenteerd wordt tussen de uittredende premier en de zetelende minister-president.
De campagne voor de federale verkiezingen van 10 juni 2007 is een presidentiële campagne geworden met drie heren die het presidentschap plegen te ambiëren. Nochtans is België een grondwettelijke monarchie en een federaal land waar het andere landsgedeelte blijkbaar niet meer in beeld komt, tenzij in bedekte verwijzingen over strikjes en verstrikken.

In de sp.a -spirit campagne foto’s is een perfide spindoctor aan de slag geweest.
De lokale kandidaat wordt steeds geflankeerd door een ‘sterkhouder’ die naast de betrokkene heerst.
Waar de geviseerde kandidaat manmoedig in de lens blikt, kijkt de flankerende heerser(es) steeds over diens hoofd naar oneindig, een onpeilbaar punt in de verte.

Het strafst is dit fenomeen van de verveelde blik aanwezig bij Johan Vande Lanotte die zijn kandidaten met een groene tint presenteert als een boer die uit zijn schamele veestapel niet meer te bieden had dan het zootje dat hij op de markt probeert te verkopen aan de meest biedende. Op het polshorloge van Johan is het overigens steevast 5 voor 12!
Het scheiden van de markt komt eraan.

De ramp voor de drie heren zal er nu precies op uitdraaien dat ze alle drie samen president moeten spelen om een – tweederde – meerderheid bij elkaar te sprokkelen. Bij voorkeur in beide landsgedeelten.

‘Sinte Perceptia, patrones van de spindoctors, sta hen bij!’
Marc Reynebeau DS 5 juni 2007 over de verkiezsingsdebatten op tv.

Archief

Open Doek Turnhout: Zhang Yimou, The Curse of the Golden Flower

27 april 2007

Open Doek Turnhout: Zhang Yimou, The Curse of the Golden Flower – Man cheng jin dai huang jin jia – met Gong Li en Chow Yun-Fat.

'De vloek van de gouden bloem' is de duurste Chinese film aller tijden, van de hand van Zhang Yimou die in twintig jaar een schitterende palmares als regisseur bijeendraaide: Van Red Sorghum (1987) over Raise the Red Lantern (1991) en Hero (2002) tot het fenomenale House of Flying Daggers (2004).

House of Flying Daggers is tot op heden zijn onvergetelijk meesterwerk.
Niet omwille van de fantastische beelden, niet omwille van de schitterende kleuren, het ballet van het leven, de strijd en de dood, niet omwille van de indringende muziek maar vooral om de ongelooflijke politieke betekenis van deze gestileerde film over passie en opstand.
Zhang Yimou in een interview met Steven De Foer in De Standaard van 24/11 2005:
,, Ik wilde nog zo'n wuxia (martiale) film, maar dan anders: voor mij is' House of the flying daggers' in de eerste plaats een tragisch liefdesverhaal. Een Chinees spreekwoord zegt dat liefde, haat, passie en wraak de meest vluchtige emoties zijn. Daarover gaat deze film, veel meer dan over een reeks gevechten.'?

Deze discussie behandelt de vraag hoe het oude door het nieuwe vervangen wordt.
In het westerse denken is daarbij de passie, de emotie essentieel. Volgens de westerse cultuurvisie is het verschil tussen mensen en goden dat deze laatste geen emoties, geen passies kunnen beleven en dat alleen passies, intense emoties veranderingen, metamorfoses kunnen brengen.
Ovidius heeft er een schitterende reeks verzen over geschreven die bij Octavianus in het verkeerde keelgat schoten want zijn oude vriend had zichzelf pas tot goddelijke Augustus benoemd. De publicatie van deze godslasterlijke Metamorfosen kostte Ovidius zijn maatschappelijke kop en hij werd in ballingschap gestuurd naar Tomi aan de Zwarte Zee.

Zhang Yimou is in zijn meesterwerk '?House of Flying Dagger'? veel dubbelzinniger dan het interview met De Standaard laat vermoeden. Dat de Chinese cultuur zo makkelijk het marxisme als staatsgodsdienst aan wist te nemen houdt zeker verband met de marxistische stelling dat het denken bepaald wordt door het maatschappelijk zijn, de plaats in het productieproces. Het staatsbelang, het collectieve belang heerst over de individuen die enkel kunnen bestaan binnen hun sociale- familiale situatie.
In de westerse cultuur zijn die emoties echter essentieel in het onderscheid tussen mensen en goden én als drive van het menselijk handelen.
Krasser nog is de politieke dubbelzinnigheid van Zhangs schitterende film:
'?In het verleden hebben uw films u in aanvaring gebracht met het Chinese regime, maar de jongste jaren ligt u in de bovenste lade. Hoe vrij voelt u zich nu als cineast? – Dat valt mee. Uiteraard heb ik geen totale artistieke vrijheid. Je moet je voortdurend realiseren dat je woont en werkt in een land met een traditie van censuur. Ik heb gemerkt dat bruuskeren niet veel zin heeft, dus doe ik ook wat aan zelfcensuur. Maar het gaat de goede weg op, het regime is losser dan vroeger.'?

Lees verder »

Archief

‘Das Leben der Anderen’, het leven zoals het is, vandaag en morgen, voor ieder van ons.

18 maart 2007
'Das Leben der Anderen', het leven zoals het is, vandaag en morgen, voor ieder van ons. 'Das Leben der Anderen' van Florian Henckel von Donnersmarck is een typische Europese film, dus niet eendimensionaal ondanks de grijsgroene kleuren, niet rechtlijnig ondanks het beperkte verhaal. Er is weinig beweging en geen spektakel van seks, geweld en bloed. Als toeschouwer onderga je geen visuele en auditieve roetsjbaan waarna je opgelucht huiswaarts keert. Europese films lijken daarin op romans, dé Europese kunstvorm bij uitstek sinds Cervantes' Don Quijote de la Mancha. Europese films spelen zich af in het denken van de toeschouwer, beklijvender dan op het witte doek. En daarin is Henckel von Donnersmarck schitterend en beklemmend geslaagd. Zijn motief '? 'In einem System der Macht ist nichts privat'- gaat niet alleen over het leven van de anderen in het socialistische vaderland, de DDR in 1984. De anderen zijn wijzelf, het leven van de anderen is ons leven, ook vandaag en morgen. Zo blijkt uit de indringende studie die door het Tilburgse Rathenau Instituut eind januari 2007 werd opgeleverd voor een publiek debat in de Eerste Kamer van de Staten Generaal: 'Van privacyparadijs tot controlestaat? Misdaad- en terreurbestrijding in Nederland aan het begin van de 21e eeuw' http://www.rathenau.nl/ Lees verder »

Archief

Als ik geen rood meer heb

13 februari 2007

Als ik geen rood meer heb

Als ik geen rood meer heb
maak ik de bomen groen, de struiken,
het hele landschap wat ik schilder.
Dus ook het onkruid en het gras,
waarin je languit ligt te wachten roerloos
maar toch diep ontroerd, wanneer je later
het doek mag zien waar ik je rooie jurk
vervangen heb door zachte naaktheid,
waarvoor ik net als voor je glimlach
vooralsnog niet de kleur vond die je past.
Als ik geen rood meer heb,
heb ik nog altijd je lippen.
Paul Snoek (1933-1981) 
Snoek: http://www.dbnl.nl/auteurs/auteur.php?id=snoe004

Laurens Jz. Coster is een vrijwilligersproject.
Website: http://cf.hum.uva.nl/dsphome/ljc/
Redacteur: Raymond Noë
Reacties, bijdragen: eon@planet.nl
Aan- en afmelden: http://www.engage.nu/mailman/listinfo/coster-l

De Coster-lijst is een onderdeel van het Project Laurens Janszoon Coster, een vrijwilligersproject met de bedoeling zoveel mogelijk Nederlandstalige literatuur gratis via Internet ter beschikking te stellen. Abonnees op de Coster-lijst krijgen elke werkdag een klassiek Nederlands gedicht in hun elektronische postbus: Van Vondel tot Van Ostaijen

Archief

Sp.a zoekt arbeiders, en kiezers'?’Onze principes’

2 februari 2007

Sp.a zoekt arbeiders, en kiezers'?

Proletariërs aller landen, verenigt U!
In een ver verleden beriepen de socialistische partijbonzen zich op deze kreet om hun potentiële troepen en kiezers voor zich uit te kunnen drijven naar een grootse toekomst. Steevast werden op de verkiezingsaffiches krachtige arbeiders en arbeidsters geà?dealiseerd die vastberaden de weg wezen naar een niet al te verre einder waar het oosten rood kleurde. De partijleiders wisten de kracht van dit soort beelden als verborgen verleiders te waarderen. Niet dat zij voorop liepen in de klassenstrijd, neen de voorhoede van het proletariaat baande de weg en zij bleven veilig buiten beeld aan de touwtjes trekken. Meer nog, de rode bobo's gingen er vaak prat op dat alleen zij de echte mannen en vrouwen uit het volk '? het vuil nog onder de nagels, het stof nog in de longen '? in de parlementaire halfronden lieten meespelen. Rechtstreeks van op de werkvloer! In de volksrepublieken van weleer was dit een vaste hit op het politieke repertoire.
Er werd zelfs een 'wetenschappelijke' theorie bijeengefantaseerd om de maakbaarheidideologie en de socialistische heilsleer te onderbouwen.
Tot overmaat van ramp bleek deze theorie wel falsifieerbaar. Alle pijnlijke en bloedige experimenten, zelfs op zeer grote schaal, bleken uitermate nefast voor deze illusieleer met wetenschappelijke pretenties.
In het reëel bestaande socialisme '? nu ook in de bioscoop als 'Das Leben der Anderen' van Florian Henckel von Donnersmarck '? was er evenwel geen sprake van een grootse toekomst, laat staan van gelijke kansen of toegenomen vrijheidsgraden.

Dat werd, wordt en blijft een probleem voor politici die zich op een heilsleer beroepen, wegens niet langer wervend. Het moest dus 'anders' en dan voegen de reclamejongens een '.a'- extensie toe: sp.a! Van Belgische Werkliedenpartij over Belgische socialistische partij naar Socialistische Partij en nu ook 'anders' of een 'sociaal-progressief alternatief'.
Elders heet de vervelling 'PvdA+' of 'Arbeid light' of voert het een logo van een snoepjesfabrikant. De hoge funfactor suggereert gegarandeerde onmiddellijke behoeftebevrediging.
Programmatorisch moet de ondraaglijke leegte en lichtheid van de partij gevuld met iedere suggestie van buitenaf die de chronische bloedarmoede wegens jarenlange inteelt, kan maskeren.
Na het populistische verhaal over gratis belastingsverlagingen van de intussen vaandelvluchtige cafébaas onder zijn gelijken, verdeelde professor Vande Lanotte de sp.a – politieke zendtijd op radio en tv onder het progressieve middenveld dat bereid was mee te spelen in zijn scenario.

De sp.a leiders houden nu reeds 18 jaar lang hun bruisende posities in de netwerken van de macht. Ondertussen blijven de socialistische partij-ideologen op leeftijd 'democratie' omschrijven als de strijd om de troon van de macht die leeg moet blijven. (Claude Lefort, Het democratische tekort)
En dus voelen de eens zo getrouwe kiezers zich verweesd, want alleen jaloersheid en rancune leveren voldoende drijfkracht. De strijd gaat voort, in andere kleuren, met andere leiders die zeggen wat u denkt. Zij hullen zich in het aureool van de ware volkspartij die korte metten maken zal met de goed boerende tegenstander die hen het geluk en de gelijkheid niet wil gunnen. De verongelijkte kiezer voelt zich van nature beter bij een oppositie die drijft op het imago dat hún partij de gestelde en de welgestelde lichamen van 's lands establishment blijft uitdagen. Maar dan niet meteen kortgerokt en met panty’s waarop een bloedrood logo om de aandacht gaande te houden, met of zonder gat of ladder.
De ideologie van 'Eigen belang eerst!' is een onuitputtelijke bron van inspiratie voor al wie zich verongelijkt voelt.

Partijleiders en hofhouding van de zichzelf 'democratisch' noemende fracties verliezen dus potentiële kiezers en putten zich uit door nieuwe gadgets en truken van de reclamefoor die aangeleverd worden door dure communicatiehuurlingen. Dank zij BV's , illusies van sex en jeugd, kan het toneel van de macht nog wat respijt krijgen, maar finaal dartelen de leiders naakt op de bühne.
Niet alleen de keizer uit het sprookje van Hans Christian Andersen  verkoos zich naakt te kleden met de nieuwste vleierijen van zijn hovelingen, ook de partijleiders en hun satrapen presenteren zich naakt voor het kiesvee.

De kloof met de arbeider '? dan wel de burger, al naargelang de ideologie '? wordt dus steeds groter en de zuiverende werking van een forse oppositiekuur jaagt de partijbonzen de schrik op het lijf. Zeker wanneer ze geen boeiende en goed geremunereerde functie in het bedrijfsleven of als hoogwaardigheidsbekleder onder de hand hebben. Daar kunnen hun in de cenakels van de macht samengeknoopte netwerken ten volle renderen.
Ook dat vreet aan de geloofwaardigheid van politici die in de arena de indruk willen hoog houden zich met heel hun hart en ziel te offeren voor de belangen van hun kiezende onderdanen. Buiten die arena lijken ze hun eigen belangen optimaal te dienen. Sommigen doen dat ook reeds binnen het mandaat.
Dit soort publieke moraliteit sluit naadloos aan bij het credo van het creatieve ondernemerschap. Reeds jaren is dit het ideaalbeeld in de westerse en nu ook oosterse samenlevingen. Niet langer de lijdende leider als een Christus die zich offert voor de arme zondaars, maar wel de creatieve ondernemer die zijn succes etaleert als voorbeeld voor zijn potentiële klanten.

'?Alleen wie de toekomst zelf maakt, moet ze niet ondergaan.'? Met die uitspraak sloeg partijvoorzitter Johan Vande Lanotte de nagel op de kop tijdens het al zo vaak verdaagde  ideologische congres van sp.a rond de nieuwe beginselverklaring (28-29/1/2007).
Hij maakt met zijn hofhouding de toekomst die zijn kiezers moeten ondergaan. Simpeler en duidelijker kan het moeilijk.
'?De sociale staatshervorming moet meer jobs opleveren, iedereen een gelijke toegang op de arbeidsmarkt verzekeren, de pensioenen verbeteren en een verbreding van de ziekteverzekering geven. Dat is de essentie'? aldus de partijvoorzitter op de fenomenale website www.onzeprincipes.be.
Van alle gepresenteerde sp-sp.a verhalen en eisen en verlangens gedurende de voorbije 18 jaar is dan blijkbaar niet al te veel in huis gekomen. De belofte van honderdduizenden nieuwe banen bleken al te conjunctuurgevoelig en de brave werkman of werkloze kreeg dan nog 'de korte pijn van een generatiepact' door de strot geramd. Een fundamenteel politiek pleidooi voor een sociale en duurzame economie is volgens Johan en Frank zinloos en utopisch. Al wordt er door hen nog her en der wat lippendienst verleend aan solidariteit, samenleven en gemeenschapszin, als puntje bij paaltje komt, gaat het in de economische realiteit alleen nog over privatiseringen en het creatieve vrije ondernemersschap.
De Voorganger met het ijzersterke gratis-logo was er zelfs in geslaagd de liberalisering van de energiemarkt met zo'n vaart door te drukken dat de brave Vlaming vandaag voor elektriciteit nog meer betaalt dan voorheen. En voorheen was de kilowattuurprijs in Vlaanderen reeds bij de hoogste van heel Europa!
De liberale markteconomie '? met 'sociale correctie' en 'goed bestuur'(voor wie?) want verder komt de ideologische fantasie van de socialistische leiders niet meer -  in de visie van de infantiele tele-tubi-hype pleegt roofbouw op de sociale humus die meer dan honderd jaar lang werd opgebouwd. Zelfs het innen van belastingen wordt steeds verder aan creatieve privé ondernemers overgelaten en de digitalisering van de fiscus is helemaal in handen van private belangengroepen en personen!

Dan rijst de vraag of hún verhaal, hún partij en hún positie nog wel nodig zijn voor 'úw sociale zekerheid' en úw 'werk, werk, werk' in de kering van de tijd naar een geglobaliseerde wereld. Het leven in de Dorpsstraat van Bokrijk, Boom, Brugge, Bergen en  Brussel speelt zich reeds lang af op het ritme van de gebeurtenissen in Bagdad, Beijing, Birmingham en Baltimore.

Het wordt duidelijk voor de kiezers dat de sp.a leiders niet het beloofde verschil maken. De tripartite op Vlaams niveau – en binnenkort ongetwijfeld ook federaal – leidt tot intensief drummen in het centrum van de macht. De troon van die macht wankelt op het ritme van de angst van wie deze probeert te bekleden. De oppositie wordt alleen nog uitgemaakt door het Blok en Lijst Dedecker na een mogelijk mini Fortuyn scenario, wegens Groen! op terminale toer.

De sp.a voorzitter formuleert het met brio op de You Tube van www.onzeprincipes.be: 'Politici zijn vaak bang van de bevolking. ('?)Maar we moeten niet bang zijn van de bevolking. We moeten ermee samen werken, ernaar luisteren en goeie beslissingen nemen'.
Johan geniet met flair van de arrogantie van de macht en sinds hij geen regeringslid meer is, lijkt hij zelfs minder hyperkinetisch. Al lijdt zijn favoriete basketclub Oostende dezer dagen naar verluidt onder slecht bestuur.
Renaat Landuyt, daarentegen blijft flegmatiek zijn 'August'- imago cultiveren: 'Inzake onveiligheid worden we te vaak geconfronteerd met de arrogantie van de onmacht. De overheid zegt dat ze de verzuchtingen van de burger begrijpt maar legt er zich bij neer dat ze niets kan doen.('?) Nieuwe technologieën zoals Buurtinformatienetwerken, DNA-bestanden, camera’s, enz. moeten niet gevrees – nog een laatste Limburgse oprisping ?-  maar ten volle benut worden.'
Als jurist weet hij natuurlijk beter. Weinigen zijn zo beslagen in de cultus van het veinzen en het doen alsof '? zeker in de publieke ruimte – als Renaat. Hij weet dan ook perfect dat privacy ook in de publieke ruimte de noodzakelijke basis is voor menselijke omgangsvormen, ver van Big Brother toestanden die Georges Orwell ruim op tijd voorspelde met zijn boek '1984'.

Naast de voorzitter en zijn dienstnar uit het Brugse schitteren op You Tube de mindere maar ook mooiere goden en godinnen tijdens hun minuutje vol glorie.

Kathleen twinkelt weer vrolijk met het kopje -  de hals goed beweeglijk in beeld – en meer nog de lippen amechtig getuit.
Ons Freya heeft last van haar lenzen want ze knipoogt zich een ongeluk terwijl ze een minuut lang zwijgt en tot slot weet te melden dat ze het niet beter had kunnen zeggen dan het liedje dat haar vervangt. Waarvan acte.
Onzen Bruno zal zijn hele leven achtervolgd worden door de stem van Louis: geniaal, maar met te korte armpjes en beentjes. Hij weet dan ook niet altijd precies wat hij moet zeggen of zwijgen. Zo liet hij zich eens goed gaan in een recent interview in De Morgen: ‘Een dictatuur zou soms handig zijn, ja. Maar alleen als ik de dictator mag zijn, natuurlijk.’ Het ligt natuurlijk wel helemaal in de lijn van de visie op een democratie van Jean Luc Dehaene en vaderlief.

Onze Peter is de zoon van den andere Louis, uit Lommel, en moet de slagschaduw van de Steve  proberen te ontwijken
De Frank toont zich met zijn ‘foute’ dassen  het stadium van de onthechtheid eindeloos overstegen temidden van zoveel holle ijdelheid.
Den Bruno is nog niet echt geconsacreerd, maar mag nog een keertje meedoen. Hij is nog niet van de familie, maar komt  van op de werkvloer '? de directievloer weliswaar van de banksector.
Pascal is moedig. Hij geniet nog van de oude mantra van het multiculturele genot bedoeld voor de allochtone kiezers uit het Brusselse en zijn vrienden aldaar.
Caroline was er bijna niet meer geweest, zegt ze. Je ziet het nog wat aan haar pruilende onderlip. Dank zij de socialistische gezondheidszorg en Bart Somers mag ze nog een beetje meedoen.

Er is nog plaats in kamer en senaat voor arbeiders van de werkvloer, hoofddelegees van de vakbond of directeurs van het ziekenfonds.
De vorige arbeider die dan nog bijna zijne werkvloer bij Ford Genk kwijt was, Pierre Vrancken, heeft het niet gehaald ondanks de barnumcampagne voor zijn koppelmaat.
Benieuwd of de nieuwe arbeiders en priester-arbeiders het deze keer zullen halen.
Maar ze zijn gewaarschuwd: al wordt er soms mooi theater opgevoerd,  't blijft om te lachen in dat halfrond op het rode pluche of de groene bankjes.
De beslissingen worden elders genomen, de verkozen vertegenwoordigers van het volk, de natie, het land mogen ze dan proberen te verkopen.
De beslissingsstructuren van het vaderlandse politieke theater zitten behoorlijk fout. Er wordt toneel gespeeld van een patronaatsniveau want de echte acteurs zitten in de coulissen of beter nog in de artistenbar bij de regisseurs.

Wanneer vrouwen de troon bestijgen, lijkt de macht zich terug te trekken in de coulissen… Wanneer mannen zich wanhopig aan de macht vastklampen, wordt doorgaans vanuit de coulissen aan de touwtjes getrokken… Vrouwen dragen het leven, mannen spelen het spel, maar vaak als acteurs die hun rol verwarren met het ware leven.

En dat wreekt zich, vroeg of laat. Wanneer de ware machtscentra het de moeite niet meer vinden een boeiend theaterstuk op te voeren, zal het verzet hiertegen zich ook niet meer op toneelniveau afspelen.
Dan verlaten de mensen de schouwburg en beginnen de straatgevechten.

Volgens Karl Marx is het geweld de vroedvrouw van de geschiedenis. ( ‘Het geweld is de vroedvrouw van iedere oude maatschappij, die zwanger gaat van een nieuwe’.)
Progressieve en sociale politici of een partij die naam waardig, zullen door diezelfde geschiedenis beoordeeld worden op hun al dan niet vermeende moed.

Zullen zij die moed hebben om een sociale economie als basis van een zorgzame samenleving voorop te stellen en door te drukken of zullen zij zich op sleeptouw laten nemen door de wispelturige wind van de snelle winst?

Voor een nieuwkomer in een parlement is het veiliger alle hoop te laten varen bij het binnentreden.
Dante en Vergilius lezen het opschrift voor de poort van de Hel:
'Per me si va ne la città? dolente,
Per me si va ne l'etterno dolore,
Per me si va tra la perduta gente. ('?)
Lasciate ogne speranza, voi ch'intrate.
'Door mij komt men in de stad van lijden
Door mij komt men in de eeuwige pijn
Door mij komt men bij de verloren mensheid!
('?) Laat varen alle hoop, gij die hier binnentreedt'

Aan de poorten van de hel verwijs ik nog graag naar een selectie uit vroegere kritische stukjes en bemoedigende analyses over socialisme, sp.a en haar Oostendse voorzitter, elders in Dupslog:

http://www.janvanduppen.be/?p=40
http://www.janvanduppen.be/?p=151
http://www.janvanduppen.be/?p=148
http://www.janvanduppen.be/?p=67
http://www.janvanduppen.be/?p=135
http://www.janvanduppen.be/?p=51
http://www.janvanduppen.be/?p=42
http://www.janvanduppen.be/?p=41
http://www.janvanduppen.be/?p=36
http://www.janvanduppen.be/?p=30

 

Archief

Gedichtendag: Dylan Casaer en Politiek

28 januari 2007

Eigen gedicht voor Gedichtendag

Naar aanleiding van Gedichtendag (25 januari 2007) schreef Aalsters volksvertegenwoordiger sp.a Dylan Casaer ook zelf een gedicht.

Politiek

Mijn moeder had er mij nochtans voor gewaarschuwd.
Blijf uit dat gure gore gat
het zal er tochten door de kieren
je wordt een gier onder de gieren
je nek groeit krom van ja te knikken
je keel zit vol van in te slikken

Mijn moeder had er mij nochtans voor gewaarschuwd.
Al brandt je ziel van schoon ambitie
je zal er suffen in de pluche
of hol oreren op de bühne
je zal vooral de kiezers lijmen
en bij de Grote Leiders slijmen

Mijn moeder had er mij nochtans voor gewaarschuwd.
En elke vier jaar zal je beven
amechtig smachten naar wat aandacht
van de gazet of van de buis
je wilde wild de wereld vormen
maar die vermaalt je droom tot gruis

Zo vaak verzaken zonen de wijze raad van hun moeders te volgen.
zie die mannen manmoedig marcheren
tien ton ego torsend als een brandende standaard
zie in de mannen de zonen zitten
in een plasje uitgebluste idealen
stemmeloos smachtend naar een onsje liefde

Dit zeggen wij aan deze zonen.
laat toch de branie en de apenstreken aan de foor
neem in uw klamme handjes
wat rest nog van de schaduw van uw droom
en blaas er adem in en leven
en recht uw rug en ga er voor

Michel Onfray (1959) schrijft in Cynismen – portret van de hondse filosoof (1990):
'Nieuwe cynici zijn hard nodig: het zou hun taak zijn de maskers af te rukken, het bedrog aan de kaak te stellen, de mythologieën te vernietigen en de bovarysmen die de samenleving voortbrengt en vervolgens in stand houdt op te blazen. Dan zou men eindelijk de uitgesproken onverenigbaarheid van het weten en de geà?nstitutionaliseerde macht tot uiting kunnen brengen. Als symbool van verzet zou de nieuwe cynicus kunnen verhinderen dat de sociale kristallisaties en de tot ideologie en conformisme getransformeerde collectieve deugden de individualiteit verdringen.'

Archief

Sjanghai, de Stad der Wonderen 2006

24 december 2006

Sjanghai, de Stad der Wonderen

Na meer dan 26 jaar heb ik eindelijk de moed gehad om opnieuw te dwalen doorheen de Franse Concessie in Sjanghai. Het had iets melancholisch. Ik wist 26 jaar geleden reeds '? net zoals driekwart van onze delegatie van het populaire weekblad, zusterkrant van de Renmin Ribao '? dat er niet echt van socialisme sprake kon zijn in China. Het socialisme dat ons voor ogen stond en dat een soort kwadratuur van de maakbaarheid vormde, bestond uiteraard enkel in de theoretische bijbels die wij toen reeds jaren spelden op zoek naar de enige ware leidraad voor het mensenpark, waarbij ons geloof in die maakbaarheid rotsvast leek te zijn.
Sjanghai en wellicht heel die memorabele Chinareis in het voorjaar van 1980 had zeer veel scheuren en barsten veroorzaakt in die ideologische rots, waarin het sijpelen van de twijfel en de ijzige vorst het nodige erosieve werk zou doen. Die twijfel werd gelukkig fundamenteel.

Misschien hoopte ik hier in 2006 mijzelf tegen te komen, hoe ik 26 jaar geleden gelukkig in de knoei van mijn zekerheid en twijfels doorheen de straten met platanen wankelde en tegen de immense stroom Chinezen probeerde in te gaan. Ik kon me toen enkel redden door beschutting te zoeken achter een pui: in die jaren liep heel Sjanghai nog naar zijn of haar werk, wegens geen metro, een enkele bus en fietsen als luxe artikel.
Ik ben bij dit bezoek mijzelf niet tegengekomen, ik was toen al dissident en het zou er alleen maar beter op worden.

Deze reis naar Sjanghai heeft voor mij iets van het schrijven van de rekening, de boekhouding van de misleiding, van de leugenaars, de goedgelovigen en hun priesters van het grote gelijk dat steevast op massaslachtingen uitdraait wegens de cultus van de ideologische zuiverheid als enige behoeder tegen revisionisme en dwaalwegen in de juiste leer.
Toen waren we er reeds heel ver in meegegaan, maar hadden we gelukkig ook reeds de scheuren in het behang gezien en een blik kunnen werpen op de werkelijkheid achter de schijn van het politieke festijn, ook in het China van 1980!
Toen begrepen we nog niet de noodzaak van het veinzen, de reddende kunst van de leugen, laat staan de cultus van het theater van de macht.
Maar de confrontatie met Sjanghai en de megasteden van vandaag in een reusachtig land dat de pretentie van een derde wereldland te zijn stilaan heeft afgelegd, leidt tot het fundamentele besef van het einde van de maakbare samenleving.
Dit is een bewustwording die aan mij vreet als wroeging en mijn hart doet wenen om Sjanghai en iedere Chinees die nog lijkt te geloven in de glorierijke weg naar rijkdom voor de rijken waardoor betere levensvoorwaarden voor de armen, in de oproepen van de partij en de bestuurlijke overheden tot een harmonieuze weg naar het heil der mensen in het Rijk van het Midden

Enkele foto's op flickR:
http://www.flickr.com/photos/59276281@N00/

Lees verder »

Archief

Afscheid van de wapenen.

19 december 2006

Afscheid van de wapenen.

Turnhout, 18 december 2006

Geachte heer Burgemeester,
Heren Schepen, Collega raadsleden,
In al uw graden en hoedanigheden,

Op deze laatste gemeenteraadszitting van de oude raad wil ik mij voor u en voor de Turnhoutse kiezer verklaren voor mijn zwijgen tijdens de voorbije jaren.
U zal ongetwijfeld begrepen hebben dat dit verband hield met de manier waarop mij reeds in 2003 de mond werd gesnoerd door de sp.a bonzen op nationaal en provinciaal vlak tot en met het de facto beroepsverbod dat mij als huisarts na 18 jaar werd opgelegd door de huisbaas van mijn praktijk.
Sommige van die partijbonzen hebben, zoals ik toen al meende te moeten voorspellen, het zekere voor het onzekere gekozen midden het bronsgroene eikenhout, ver van het populistische geschreeuw op de markt van gratis belastingverlagingen.
Het geeft u een idee van hoe het politieke métier bedreven wordt in dit land, bij sommige, zoniet de meeste partijen '? toch zeker bij die het gevecht leveren om de troon van de macht die in een democratie steeds leeg moet blijven, maar die in deze context quasi permanent bezet wordt.

Ik citeer hier graag een boek dat ik u allen met veel overtuiging wil aanraden van Hanne Vibeke Holst, Koningsmoord, over de machtswissel in Denemarken na een decennialang sociaal democratisch bestuur dat eindelijk vervangen werd en  waar de strijd om de macht binnen de partij losbarstte. Zij weet op een hyperrealistische manier het verhaal van de macht en de mensen van de macht te schrijven.
'?In de Deense politiek gaat het erom dat je je machtswellust zo min mogelijk laat zien. We doen alsof we de macht delen. Je moet beslist niet laten merken waar je op uit bent. Hoewel iedereen weet dat nummer twee per definitie wacht op het juiste moment om nummer één te wippen, om daarna zelf koning te worden. Net zoals iedereen weet dat nummer één van zijn kant uit alle macht alles zal proberen om de kansen van nummer twee te ondermijnen. Het is niet zo bloedig als in de tijd van Shakespeare, maar wee je gebeente als je betrapt wordt met bloed aan je handen.'?

Deze tijden van zwijgen waren voor mij loden jaren, wegens zwijgen niet mijn sterkste kant.
Toch heb ik in de voorbije zes jaren door te horen, te zien en te zwijgen velen onder u leren appreciëren, met uw sterke en uw zwakke punten, met uw al dan niet oprechte '? maar voor sommigen zelfs passionele – inzet voor deze stad en haar bewoners.
Dat siert deze leden van het college.
Dat siert deze leden van de gemeenteraad.
Dat siert deze personeelsleden van deze stad.

Ik kan niet verhullen dat ik ondanks dit loden zwijgen verheugd ben dat een nieuwe generatie socialisten in deze stad zelfbewust en los van demonen uit het verleden naar voor is getreden uit de slagschaduwen van de voorbije eeuw en voor het eerst zal deelnemen aan het bestuur van deze stad.

Hen wijs ik graag op het levensmoto van de Nederlands-Portugese Jood Baruch of Benedictus de Spinoza: 'Caute! '? Wees behoedzaam!'. Hij was een oud leerling van de Antwerpse uitgetreden jezuà?et Frans van den Enden en een van de vroegste en belangrijkste grondleggers van de Verlichting en het vrije denken.

Sommigen onder hen hebben de voorbije jaren van zeer nabij de minder fraaie kanten van de strijd om de macht, ook binnen de eigen politieke formatie mogen meemaken. Zij hebben tijdens de voorbije verkiezingscampagne ook mogen ondervinden waartoe de arrogantie van het grote gelijk, de pretentie van de eigen waarheid en het vermeende eigen kunnen kan leiden.
Opdat mensen elkaar niet zouden afslachten moeten zij van elkaar kunnen accepteren dat er meerdere 'waarheden', meerdere leugens en misleidingen kunnen bestaan en moeten bestaan, eenieder de zijne of de hare. Uiteraard weten de spelers en de toeschouwers dat het een spel is, dat het toneel is, maar zij accepteren dit politieke spel als alternatief voor de oorlog, voor een moordend en dodelijk handgemeen.

Ik heb leren begrijpen dat arrogantie in dit theater ongepast is.
Ik wens u dit dan ook toe.

Het ga u allen en deze stad verder goed.

Jan Van Duppen
Uittredend gemeenteraadslid Turnhout
Gewezen gemeenschapssenator

Archief

Filip Rogiers en Jan de Zutter in de strijd tegen de cynische rede…

23 november 2006

In ‘Opiniemakers’ van De Morgen( 10.11.2006) onder de titel ‘Metselaars moeten Metselen’ ziet Filip Rogiers in de door Noël Slangen gestuurde VLD draai naar het georganiseerde  middenveld vooral een illustratie dat de soms krampachtige zoektocht van ‘de politiek’ naar antennes in de samenleving onverdroten voortgaat. Meer nog, hij vindt dit een zoveelste exponent van 'dat nog altijd fantastische streven van mensen die de samenleving willen blijven maken. Cynisme geeft geen pas in de Wetstraat.'
In diezelfde krant had Jan de Zutter, publicist en stafmedewerker van de sp.a, in januari van dit jaar al eens een vurig pleidooi gehouden tegen het cynisme als een slepende kwaal die het fundament van de samenleving aantast:
“De ideologie van de cynicus wortelt inderdaad in een absoluut wantrouwen in goede bedoelingen en oprechtheid. Want de cynicus weet – of denkt te weten – dat er toch steeds een addertje onder het gras schuilt. Cynisme legt daarom de basis voor antipolitiek, voor asociaal gedrag en voor het verwerpen van elke solidariteitsgedachte. De cynicus teert op de zelfvoldane wijsheid dat de wereld slecht en corrupt is, en toont dat aan door middel van wrede en gevoelloze spotternij.”
Wanneer jongeren reeds jaren de boodschap krijgen dat ze aan de slag moeten en ook willen maar niet of nauwelijks aan werk komen, heet het dat de mentaliteit moet veranderen onder de jeugd. Dat zal ongetwijfeld zo zijn.
Wanneer 45-plussers na jaren hun job kwijtraken, is het uitzicht op nieuw werk bijzonder twijfelachtig en toch krijgt het oudere deel van de beroepsbevolking van socialistische minister Frank Vandenbroucke de boodschap dat ze het zeker tot 68 jaar professioneel moeten zien vol te houden. Peter Van Velthoven loopt zich nog wat onwennig in, zeker nu het VW debacle geen Limburgse aangelegenheid is zoals Ford Genk dat met forse Vlaamse overheidssteun tijdelijk kon gekeerd worden in een ééntweetje van Stevaert en Dewael. 

Dit kan enig cynisme kweken bij deze doelgroep.
VLD economie topper Paul De Grauwe weet zelfs te verklaren dat gepensioneerden te lang leven en het hele jaar door met vakantie gaan, terwijl een andere groep moet wroeten als mieren. Is het verwonderlijk dat cynisme een levenshouding wordt bij mensen die zich voortdurend op zo'n manier geschoffeerd weten?
Wanneer honderden tot duizenden personeelsleden van Volkswagen Vorst, van De Post, van Opel Antwerpen en de vele toeleveringsbedrijven ondanks hun inzet en dagelijkse inspanningen om hun behoorlijk zware job fatsoenlijk in te vullen, als overbodige balast gedumpt worden wanneer de economische belangen – dat heet dan meteen in de mond van sommige politici ‘nationalistische belangen’ waar hun voorouders de piotten zingend een wereldoorlog mee tegemoet deden marcheren – dan vraag je je af of deze journalisten en politieke publicisten wel beseffen waarover ze het hebben en wat precies hun positie is tegenover of misschien wel binnen de cenakels van de ‘macht’.
 
Is cynisme niet eerder een gezonde en verstandige levenshouding wanneer je als modale burger geconfronteerd wordt met politici die een verhaal slijten van gratis belastingverlagingen en zich specialiseren in oppervlakkige populistische verhalen.
Een gezonde vorm van cynische rede is een houvast om een maatschappelijk en persoonlijk engagement te blijven voldoen voor mensen die reflecteren op hun positie in de samenleving of wat er van rest.
Wie niet behoedzaam reflecteert over de talloos nieuwe praatjes van politieke kopstukken, reclamegoeroes en vaak ook journalisten en publicisten, dreigt te verstikken in een omarming van een wurgslang.
“En op de bodem van de diepe waters
wordt de globale aarde omkneld
door de gigantische wurgslang
zwelgend in het rituele slijk
allesverslindend en religieus verbindend
.”Pablo Neruda, Canto general
Wanneer vluchten niet meer kan, houden we elkander beter bij de hand in de ochtendschemer '?
 
Politiek is een keihard gevecht om de macht, niets anders dan de macht en dat rond thema's die de organisatie van een maatschappij zouden moeten behelzen. Politici spelen een theater waarmee ze dingen naar de gunst van de kiezer met de belofte dat ze de troon van de macht zullen verlaten als de kiezer dat wil. Toch klampen de partijbonzen zich vast aan die macht en zijn ze grif bereid de potentiële kiezer in alles naar de mond te praten. Niet alleen bij de sp.a wordt het partij- en verkiezingsprogramma bepaald door marktonderzoek en opiniepeilingen. Na het succes van de Nederlandse SP die zich erop beroept de linkse klank van Neerlands Hoop te verpersoonlijken bouwen zelfs de Belgische PvdA – kopstukken hen na met de ontboezeming dat zij als doorwinterde Stalinisten enkel de stem van het eigen volk willen zijn: zij doen enkel wat de mensen willen
Is het dan niet verstandig dat een bezorgde burger een gezonde dosis argwaan koestert wanneer politieke partijen plots hun basisideologie in willen ruilen?
Is het cynisme dat Filip Rogiers opmerkt, niet eerder een blijk van gezond wantrouwen tegenover de goede bedoelingen van onze politieke toppers die zich graag als slangen vervellen om zich aan de troon van de macht vast te klampen? Van een metselaar moet je vakwerk verwachten, van een politicus een standvastig personnage. Het infantiliseren van de kiezer is puur sarcasme vanwege de partijleiders en dat is veel erger dan het cynisme dat zij steeds vaker bij de burgers ervaren.
Jan Van Duppen, gewezen gemeenschapssenator sp.a-spirit.

Archief

Frank Furedi, Waar zijn de intellectuelen?, Meulenhoff.

12 augustus 2006

‘Where Have All the Intellectuals Gone?’ van Frank Furedi  heeft iets van het bloemenlied uit de jaren ’ 60 van Pete Seeger. Het is een klaagzang die hier en daar rare refreintjes neuriet en vaak de helderheid mist van het snijdend essay waar Frank Furedi zo intens voor pleit in zijn kritiek op de rol en de positie van de intellectuelen, de onderwijshervormingen, de social-engineering-ideologie van gelijke kansen als ultieme trukendoos voor de verdere infantilisering van de kiezer. Zijn vorige stukken in ‘Culture of Fear’,  ‘Paranoid Parenting’ leken mij beter doorwrocht.
De vertaling van zijn nieuw boek is vlot leesbaar, maar wie het in een Nederlandse vertaling heeft over ‘Benda, J. (1959) The Betrayel of the Intellectuals, Boston, USA, MA: The Beacon Press ’ als hij Julien Benda, ‘La trahison des clercs’ uit 1927 bedoelt, doet mij ook even slikken.
Ik heb een reeks erg boeiende citaten aangehaald en hier en daar van een soms wat uitgebreidere commentaar voorzien omdat Furedi in zijn boek toch met vaardigheid enkele heilige huisjes sloopt en zich op sommige punten vergist van sloophamer of gebouw.

Omdat hij – terecht '? de verantwoordelijkheid voor de intellectuele ellende bij de voornamelijk linkse intelligentsia van de voorbije decennia legt, en ik hem daarin kan bijtreden, probeer ik hier ook een inkijk te geven in de manier waarop het ' gelijke kansen' verhaal in het onderwijs in Vlaanderen en meer bepaald bij de sp.a werd gebruikt om de nieuwe voorzitter uit de startblokken te krijgen en wat de interpretatie van de Europese BaMa richtlijn van Bologna voor het hoger en universitair onderwijs in Vlaanderen zal betekenen.

Tot slot formuleren we enkele proeven tot verklaring van het falen van de sociaal democratie en de socialistische ideologie – vroeger, nu en morgen – met een paar bedenkingen over anders en het hoe en waarom, en ook weer niet.

Niets is immers wat het lijkt, zeker niet in de heksenketel van de wereldpolitiek.

 

Lees verder »

Archief

PERPETUAL MOTION, Ning Ying

30 april 2006

Sex & the City in Beijing – Open Doek Filmfestival

Een mooi spel van spiegelend lijden in een uitzichtloze pose vol verveling tegen de achtergrond van Zhong Quo, het rijk van het Midden, eeuwig in beweging, nooit in verandering. In de 56 jaar sinds de uitroeping van de nieuwe dynastie van de Rode Keizers lijkt er nauwelijks iets wezenlijks veranderd, behoudens tsunami’s van menselijk leed. Enkele honderden families van rode rijke mandarijnen beheersen met geduld en volharding het maatschappelijke leven van Zhong Quo, zoals het was, is en nog een tijdje blijven zal, wachtend op een nieuwe tsunami van opgebouwde spanningen en dialectische tegenstellingen.

Lees verder »

Archief

Open Doek filmfestival Turnhout: U-Carmen eKhayeltsha '? Beyond Freedom '? Workingman’s Death

24 april 2006


Open Doek filmfestival Turnhout:  http://www.opendoek.be/content.php
Voor de 14de keer organiseert de ploeg van Marc Boonen een schitterend programma voor Open Doek te Turnhout.

U-Carmen eKhayeltsha – Beyond Freedom – Workingsman Death.

Lees verder »

Archief

Definitieve uitsluiting van wie reeds lang vertrokken is…

26 maart 2006

AANGETEKEND

Turnhout, 24 maart 2006


"Le courage, c’est de chercher la vérité et de la dire,
 c’est de ne pas subir la loi du mensonge triomphant
qui passe et de ne pas faire écho aux applaudissements
 imbéciles et aux huées fanatiques" Jean Jaurès, 7/1903
“Ja”, sagte der Gerichtsdiener, “es sind Angeklagte,
alle, die Sie hier sehn, sind Angeklagte.”
“Wirklich!” sagte K. “Dann sind es ja meine Kollegen.”
Franz Kafka – Der Prozess, III.2


Aan de heer Provinciaal Secretaris sp.a

Betreft: uw aangetekend schrijven dd 17 maart 2006

Lees verder »

Archief

The Day After op De Zevende Dag : Frank over Johan

20 maart 2006

De dag na het memorabele ideologische congres van sp.a wordt op De Zevende Dag van 19 maart 2006 Frank Vandenbroucke gevraagd wat hij van het idee van zijn nieuwe partijchef Johan Vande Lanotte vindt om zich te omringen met een raad van 12 wijzen:

"Een héél goed idee, liever 24 dan 12 wijzen rond Johan Vande Lanotte."

Archief

SP.a – Rood ? SP.a Sport?

20 maart 2006

Congres Beginselverklaring sp.a Vande Lanotte: De partij van iedereen en dus… van niemand!

SP.A ROOD

De beweging SP.A Rood, die in een pre-congres zowat vijftig amendementen had klaargestoomd, kwam uiteindelijk weinig in het stuk voor. Medeoprichter Erik De Bruyn kijkt dan ook met gemengde gevoelens terug op het congres.

,,Het was toch hallucinant om te zien hoe de spelregels overnacht werden gewijzigd om de plotse introductie van amendementen mogelijk te maken van organisaties die niet eens aan de partij verbonden zijn. Ik wil nog wel eens de partijstatuten nagaan om te kijken of zoiets eigenlijk wel kan.’’

SP.A Rood verwijt de partij dat ze zeer open is naar buiten en gesloten naar binnen. De Bruyn hoopt dan ook op een gesprek met voorzitter Vande Lanotte om een en ander uit te klaren. Het congres over de sociaal-economische fundamenten is immers nog belangrijker voor SP.A Rood.

 

RODE KONIJNEN

De SP.A wil haar ecologisch profiel aanscherpen. Dat was ook aan de catering op het congres te merken. Wereldwinkeldrank die vroeger enkel op groene congressen werd geschonken. En de broodjes? Een broodje Zuid-Afrika bestond uit fetacrumble en een curry van linzen. Het broodje Bolivia bevatte kip en mango en pindanoten. Maar het broodje dat het langst bleef liggen heette Palestina: een beleg van humus (pastei van kikkererwten) en wortelsalade.

Voorzitter Vande Lanotte liet zich ontvallen dat konijnen daar heel blij mee zouden zijn.

 

ROOD EN SPORT

Rond 15.45 uur schoot congresvoorzitter Pascal Smet plots in een hogere versnelling. De reden? Minister Bruno Tobback had gevraagd en verkregen dat er geen congressen meer zouden worden gehouden tijdens Milaan-Sanremo. Door tijdig het congres te besluiten, konden de aanwezigen kameraadschappelijk op het grote scherm de slotkilometers volgen. Iemand zei nog iets over de neergang van de ideologie en de opkomst van het populisme, maar toen begon Michel Wuyts steeds harder te roepen.

BBD in De Standaard 20/3/2006

Archief

China Vandaag: Blind Shaft – het leven zoals het is in China’s steenkoolmijnen

19 februari 2006

 

BLIND SHAFT ***YANG LI

CHINA 2003, YI XIANG LI, BAOQIANG WANG, SHUANGBAO WANG.

maandag 20/2/2006 20.40 – op ARTE voor wie dat nog dank zij of ondanks Telenet kan ontvangen op de kabel!

Hoe schrijnend de toestand in de koolmijnen van Noord-China is en vooral tot welke gruwelen de koers naar het nieuwe China leidt, wordt getoond in het door het neorealisme beïnvloede Blind Shaft (Mang Jing), een mengeling van moraliteit, sociaal-realistisch exposé en misdaadmelodrama. Dit morbide sprookje, dat in Berlijn 2003 de Zilveren Beer won, volgt twee rondtrekkende mijnwerkers die in een mijn waar ze pas zijn aangenomen een moord plannen op een 16-jarige boerenjongen. Omdat ze zich als zijn familieleden uitgeven, kunnen ze na het fatale ongeval de mijnuitbater geld afpersen, een truc die ze al met succes in enkele mijnen gepleegd hebben. Deze keer zorgt de jeugdige onschuld van het slachtoffer echter voor spanningen tussen de moord- en hebzuchtige mijnwerkers. Voor zijn debuut infiltreerde de cineast met de hulp van plaatselijke arbeiders de illegale koolmijnen van Noord-China. De hoofdschacht van de mijn die als decor dienst deed, stortte twee dagen na het einde van de opnamen ineen. Blind Shaft werd clandestien gedraaid en is in eigen land nog altijd verboden, onder meer om zijn onverbloemde kritiek op het Chinese economische mirakel. De film is een typisch voorbeeld van het werk van de Zesde Generatie, die zich met grauwe, realistische hedendaagse films gingen afzetten tegen de kleurrijke pracht en praal van de historische epossen van Zhang Yimou en Chen Kaige. (L.J. In Focus Knack)

Archief

Jorge Semprun, Twintig jaar en een dag

19 februari 2006

Jorge Semprun
Twintig jaar en een dag
Uit het Spaans (Veinte anos y un dia, 2003) vertaald door Mariolein Sabarte Belacoru
Meulenhoff, 287 blz., € 15,50

Sinds het memorabele interview met Piet Piryns in een oeroude Humo midden de jaren zeventig van de vorige eeuw is Jorge Semprun langzaam maar zeker mijn tweede vader geworden. Hijzelf weet het niet, hij kan het alleen maar vermoeden, hij is ook maar een jaar jonger dan mijn eigenlijke vader.
In het Humo interview vraagt Piryns hoe het toch mogelijk is dat Semprun, die alles had om in het leven te slagen in plaats daarvan steevast de foute keuzes aan elkaar reeg.

Lees verder »

« Volgende berichten