knee compression sleeve

Er is nog zo veel dat ongezegd is. (Rutger Kopland)

Dupslog
Dupslog

Gyà?rgy Konrà?d, Zonsverduistering

11 februari 2006

György Konràd, Zonsverduistering, De Bezige Bij 2004

389.
We hebben een huis in het dorp gebouwd, we passen erin, in deze kamer heb ik draaglijk geschreven en hier regel ik ook wat ik van elders heb meegebracht. Dit zich terugtrekken om te kunnen observeren geeft vrijheid. In Berlijn ben in Boedapester, in Boedapest Berlijner, in beide hoofdsteden iemand uit Hegymagas.
Ik verkoop mijn gebrom aan het publiek, zolang ik nog enigszins in de markt lig.
Ik schrijf, ik spreek, van andere dingen heb ik geen verstand, de manifestaties bevruchten elkaar en vermeerderen zich ongeremd.
Laat het huis vol zijn, laat iedereen komen!

197.
Wat is iedere tirannie toch lichtgeraakte! Ze leeft gemeenheden en maakt alles kapot wat ze in handen krijgt, maar als ze gewaarschuwd wordt, wordt ze furieus van gekwetstheid. Zelfs een lichte spot maakt dat elk van haar vertegenwoordigers dodelijk serieus wordt, ze sluiten zich af en fronsen de wenkbrauwen: dit is geen grapje meer. Als ze een tekst lezen die de dingen bij de naam noemt, kunnen ze van verontwaardiging niet eens hikken of snuiven en protesteren ze tegen de aantijging met het rode gelaat van mensen die een beroerte gehad hebben. Ze voelen zich het slachtoffer van de laaghartigheid van de mens. Hadden ze hun slachtoffer eerst een paar tikjes uitgedeeld, nu moest het echt hard te grazen genomen worden, omdat het zo gemeen geweest was om te beweren dat ze hem tikken hadden gegeven.
Na het mislukken van de revolutie trof ik in de geconsolideerde jaren 60 die lichtgeraaktheid alleen daar niet aan waar ik niet keek. Hier was niet alleen de commissaris van politie maar ook de huismeester zijn de heiligheid de staat zelve. Dit hadden ze gekregen, en praktisch niets anders, dit recht op nobele woede, om in naam van de staat wraak te mogen nemen op andere staatsburgers. En als een burger van een andere staat hen beledigd had? Dan was de machteloosheid van de overheidsmensen echt hartverscheurend. Je kon hem er niet uitgroeien, niet achter tralies zetten, niet vertrappen, de wond te beleven branden in de ziel van de stadsmensen, ze konden op niemand anders wraak nemen dan op de plaatselijke vrienden van de vreemdeling die beledigende worden gesproken had. Zeg maar: op zijn vermoedelijke vrienden. Denk niet dat ogenschijnlijk verstandige, gemoedelijke, beschaafde mensen niet buiten zichzelf van woede raakten als de grote gelegenheid daar was, als ze zich beledigd mochten voelen in naam van de staat. Het meeste haatten ze degene die liet merken hoe overbodig hun dagelijks verraad was. Die ontkenden de zin van hun bestaan en het excuus van hun verleden. In wie anders zou een verrader zijn doodsvijand zien dan in iemand die geen verrader is?
Omdat de omgeving schrijvers van geval tot geval streng bestrafte voor wat ze geschreven hadden en dat in de helft van de wereld vandaag de dag nog doet, moest de schrijver die zijn weg bewandelt er rekening mee houden in de gevangenis terecht te komen. Dat dreigement komt als een donderslag bij heldere hemel. Er zijn altijd een dozijn of wat landen op aarde waar het risico van een gewelddadige dood, dat tot dan toe niet meer dan een weggewuifde fantasievoorstelling was geweest, ineens aan de horizon opdoemen. Het slachtoffer is het zegel dat het kunstwerk authenticiteit verleent, denken de verschrikkelijke gelovigen.(...)
Het was een feest om in de oceaan van geleuter een solide eiland aan te treffen. In de jaren van censuur was lezen een vlucht, een elke avond weerkerende emigratie, een tijdelijke opschorting van de valse verhalen die de woning binnen drongen. Een goed boek in mijn tas was een compensatie voor de frases die ik lijdelijk had moeten aanhoren, en een bron van genot, zoals de theesalon of het bordeel dat voor opgeschoten jongens was. Met behulp van de literatuur kunnen we streng zijn tegenover onze medemensen, maar als we leren lezen kunnen we hun ook vergeven, ons zelfs in hen verlustigen. Sedert mijn gymnasiumtijd stel ik mij voor dat de mensheid in standgehouden wordt door aanhoudende conversatie tussen dicht geschreven teksten.

Leave a Comment

Please note: Uw reactie wordt bekeken voor publicatie, dit kan even duren.