vrt deredactie.be blog: Over de nood aan deskundige stervensbegeleiding.
Over de nood aan deskundige stervensbegeleiding
Lang was ik de mening toegedaan dat je als arts zo breed mogelijk diende te gaan: van bevallingen tot palliatie en euthanasie en alles daartussen waarmee het leven een mens kan opzadelen. Wat is er immers mooier dan mensen bijstaan en begeleiden in alle fasen van het leven?
Het houdt je alert en betrokken, het verhindert geestdodende routine en het levert veel ervaring op waarbij zieken én gezonden baat hebben. Beter een beetje van alles dan alles van een beetje. Dat helpt de blik ruim te houden, biedt mogelijkheden tot voldoende afstand voor overzicht en andere benaderingen dan de voorgekauwde en aangeleerde beslissingsbomen.
Hiaten in de kennis
Zoals wel vaker met de last der jaren moet ik mijn mening enigszins herzien. Praktijkonderzoek in Nederland heeft aangetoond dat er grote hiaten zitten in de huidige stervensbegeleiding. Bij euthanasie én bij het in een zo pijnloos mogelijke slaap brengen van stervende patiënten. Aldus een Nederlands onderzoek naar oncologische en palliatieve zorg. Jaarlijks worden in Nederland ruim 3.700 meldingen gedaan van euthanasie, waarvan bijna 200 hulp bij zelfdoding door artsen. Bij ruim twaalf procent van de overige 17.000 sterfgevallen wordt zo’n palliatieve sedatie toegepast. Bij minstens tien procent loopt er een en ander mis.
Dat kan weinig lijken maar de emotionele impact ervan is vaak heel groot op de arts, verpleging en omgeving van de patiënt. Van de 9.000 huisartsen hebben er 90 een speciale opleiding voor palliatieve sedatie gevolgd. Van de 1500 specialisten ouderengeneeskunde hebben er ook 90 deze opleiding gevolgd.
Er bestaan bij onze noorderburen specialistische teams voor palliatie die op verzoek van de arts aan huis pompjes aanleggen voor intraveneuze toediening van medicijnen. Zij kunnen helpen bij het bepalen van de dosering. Niet iedereen kan of wil daarop beroep doen. En met die hulp kunnen er nog onvoorziene problemen ontstaan. Ook in de ziekenhuizen loopt het soms moeizaam omdat het begeleiden van het levenseinde vaak overgelaten wordt aan de jongste assistent met de minste ervaring. Deze staat er dan vooral ‘s nachts alleen voor en is nerveus omdat een palliatieve sedatie geen actieve euthanasie kan zijn.
Spanning aan het sterfbed
Zo krijg je van die verschrikkelijke situaties wanneer de pijn en alle bijkomende ellende ondraaglijk geworden is. Patiënt en omgeving smeken om een waardig einde. Wegens geen uitdrukkelijke euthanasiewens rest als enige mogelijkheid palliatieve sedatie. Na afscheid te hebben genomen van de geliefde nabestaanden wordt de patiënt in slaap gedaan en de pijn wordt bestreden. Maar dan komt de stervende plots weer tot bewustzijn en wil hij opnieuw drinken en eten zelfs. Soms blijkt het stervensproces veel langer aan te slepen dan arts en omgeving verwacht hadden. Nochtans wil iedereen wrevel en spanning aan het sterfbed vooral vermijden.
Uiteraard roepen bij deze cijfers allerlei instellingen dat een opleiding palliatieve sedatie verplicht moet gesteld worden voor artsen en verpleegkundigen. Ondanks mijn voorkeur voor een zo breed mogelijke toepassing van ons medisch handelen heeft de last der jaren mij duidelijk gemaakt waarom veel artsen bij voorkeur een stervensproces aan zich laten voorbijgaan.
Er is de factor tijd en er is de factor stress. Stervensbegeleiding is een slepende en slopende activiteit wanneer het bovenop het drukke dagelijkse huisartsenwerk komt.
Mobiele teams voor palliatie en euthanasie
Dezer dagen zoeken jonge huisartsen – voor hun eigen gezondheid en geluk – naar een levensritme buiten de aloude 24/7 confrontatie met ziekte, lijden en dood. De vervrouwelijking van het beroep is daaraan niet vreemd. Het macho-opbod van langer, harder, sterker en meer sterft uit met de oude generatie van de plethora, het overaanbod aan zorgverstrekkers.
Het actuele pleidooi voor praktijkassistenten, administratieve hulp, samenwerkingsverbanden en een forse verhoging van de verloning kan hierbij ruimte bieden. Ook voor zware en langdurige stervensprocessen kan soms verwezen worden naar een hospice voor terminale begeleiding. Gesteld dat er plaats is, gesteld dat de stervende en zijn of haar omgeving daartoe bereid zijn. Velen kiezen in hun laatste levensdagen liever voor een vertrouwde omgeving dan een onbekende hospice. Ziekenhuizen zijn in Nederlands alvast omwille van de statistieken steeds minder geneigd terminale patiënten op te nemen.
Daarom lijkt het mij zinvoller om het aantal gespecialiseerde teams voor palliatieve sedatie uit te breiden zodat huisartsen, verpleeg- en verzorgingstehuizen en ook ziekenhuizen er gemakkelijker beroep op kunnen doen. Naast levenseindeklinieken kunnen vergelijkbare teams opgericht worden voor ondersteuning bij of uitvoering van euthanasie-procedures.
Ondanks de grote verwachtingen van de publieke opinie lijden in België en Nederland stervende mensen en hun omgeving vaak aan angst en onzekerheid over hun levenseinde. Deskundige begeleiding die voldoende tijd en ruimte krijgt, kan daar bij helpen. Op voorwaarde dat ze fatsoenlijk gefinancierd wordt, zeker bij een groeiende krapte op de markt van welzijn en geluk.
‘Iedereen gaat dood op een manier die op hem lijkt. Sommigen in stilte, op hun tenen, anderen lopen achteruit, terwijl ze om vergiffenis of toestemming vragen. Sommigen gaan heftig discussiërend of om uitleg vragend, en sommigen banen zich vechtend en vloekend een weg erheen. Anderen omarmen hem. Sommigen sluiten hun ogen, weer anderen huilen’. (Eduardo Galeano)