Pieter Hilhorst, De belofte. Over macht, idealisme en politiek.
Pieter Hilhorst, De belofte. Over macht, idealisme en politiek.
uitg. De Bezige Bij 2015
Onverwacht werd Pieter Hilhorst in november 2012 de opvolger van Lodewijk Asscher als wethouder in Amsterdam. Als politicoloog en columnist van de Volkskrant had hij de politiek geanalyseerd, als ombudsman bij de VARA de politiek bekritiseerd en als presentator van Politieke Junkies politieke spelletjes blootgelegd. En toen werd hij zelf politicus. In een razend tempo beleefde hij opkomst en ondergang. De idealist die de politiek wilde veranderen, werd zelf door de politiek veranderd.
‘De belofte’ is een interessant boek voor aankomende, zetelende en verdwenen politici.
Pieter Hilhorst heeft de moed en het inzicht gehad dat een analyse van zijn wervelende passage door de uitvoerende politiek als wethouder in Amsterdam zinvol kan zijn, niet alleen voor hemzelf en zijn naaste omgeving.
Dit boek is er de weerslag van, interessante benaderingen van het mechanisme van de macht, de legitimiteit, de gevaren, de dwaalsporen, de trukendozen, solidariteit, haat en nijd.
214. In zijn boek uit 1528, Il libro del Cortegiano (Het boek van de hoveling), over succes aan het hof, schrijft Baldassare Caldiglione dat een hoveling sprezzatura moet hebben. Hij omschrijft het als het vermogen om met schijnbaar gemak ingewikkelde dingen te doen en daarbij de moeite te maskeren die het kost om het te doen. Hij kan zich gemakkelijk verhouden tot mensen van allerlei slag. Hij krijgt veel van ze gedaan, zonder de indruk te wekken dat hij eropuit was om iets van ze gedaan te krijgen. Hij heeft een gunfactor. In Primary Colors, het boek van Joe Klein over presidentskandidaat Jack Stanton – een amper verhulde Bill Clinton –, wordt aan de hand van een handdruk geïllustreerd hoe dat werkt. Jack kan iemand een hand geven, maar ook zijn linkerhand op de handen leggen, of de linkerhand leggen op de bovenarm van de ander. En iedereen heeft het gevoel dat dit geen inwisselbare handdruk is. Dat was de sprezzatura van Clinton.
244. Hoop is absoluut niet hetzelfde als optimisme,’ zegt Havel. ‘Het is niet de overtuiging dat alles goed zal komen, maar de zekerheid dat iets zin heeft, hoe het ook afloopt.’
137. Het is het meest ingewikkelde onderdeel van de politiek. Hoe zorg je dat de tamtam de juiste boodschap verspreidt? Politiek is namelijk een reputatie-economie. Reputatie is alles. [...] Het bespelen van de tamtam is een kunst op zich. In de politiek gaat het niet alleen om het vinden van oplossingen, maar ook om het zichtbaar maken van deze successen. Het gaat om het vestigen van een reputatie.’ (18 mei 2013)
147. Socioloog Abram de Swaan: ‘Eruditie is niet belezenheid, maar de macht om het gesprek te laten gaan over onderwerpen waar je verstand van hebt.’
185. Sociale media hebben een andere waardehiërarchie dan gewone media. Snelheid is belangrijker dan accuratesse. Maar ze veranderen niet de selectie- en interpretatiemechanismen van de gewone media. Integendeel. Op Twitter en Facebook worden genoeg verwijzingen gepost naar serieuze achtergrondartikelen, maar op sociale media ontstaat pas een storm als het gaat om een rel of een ruzie (en minder over de race). Sociale media zijn een meningenstorm. Dus alle berichten die aanleiding kunnen zijn tot verontwaardiging worden het meest gedeeld en het meest becommentarieerd. En het gaat daarbij vooral om berichten waarbij niet veel achtergrondinformatie nodig is om er een mening over te hebben. De opkomst van sociale media heeft de fixatie op de rel en de ruzie alleen nog maar versterkt.
186. Ik kom daarin tot de conclusie dat we politici het best kunnen beoordelen op hun oordeelsvermogen. Het is gebruikelijker om ze te beoordelen op hun karakter, hun plannen of hun ideologie. Maar mensen kunnen ook met de beste bedoelingen fouten maken, ongeacht hun karakter. Ook plannen zijn geen garantie in een onvoorspelbare wereld. Ideologie dan? Juist het geloof dat alles met één recept kan worden opgelost is een garantie voor ongelukken. Afgezet tegen deze alternatieven is het zo slecht nog niet om politici te beoordelen op hun oordeelsvermogen. Juist in een onvoorspelbare wereld wil ik politici die niet vasthouden aan hun plan als de feiten veranderen. Dan wil ik politici die niet verdoezelen wat de prijs is van hun politiek. Ik wil geen politici voor wie het vasthouden aan hun ideologische recept belangrijker is dan het resultaat. Kortom, ik wil politici die mij hun oordeelsvermogen tonen.
22. Pas later stelt hij zich een heel voor de hand liggende vraag: hoe komt het dat er een beroep wordt gedaan op een buitenstaander? Wat betekent het voor een partij dat een buitenstaander als ik de kans krijgt om in korte tijd het partijleiderschap op zich te nemen? Die vragen kwamen pas bij hem op nadat hij even hard was gevallen als hij ooit omhoog was geschoten. Zijn antwoord is dat dit alleen kan in een partij die een diepe crisis doormaakt – en dat hij zich van die crisis te weinig rekenschap heeft gegeven.
De vraag van Ignatieff heb ik me niet gesteld toen ik werd benaderd: waarom ik? Normaal gesproken zou je als totale buitenstaander geen enkele kans maken.
25. Als je weet wat er is gebeurd, lijkt die uitkomst onvermijdelijk. Het is interessanter om te laten zien hoe impliciete en expliciete keuzes de uitkomst hebben bepaald. De politiek socioloog Barrington Moore heeft daar de term ‘suppressed historical alternatives’ voor bedacht. De geschiedenis moet zo geschreven worden dat zichtbaar wordt waar het anders had kunnen lopen. De afgeblazen open wethouderverkiezing was zo’n moment dat het anders had kunnen lopen. Ik weet niet of ik die verkiezing had gewonnen. Ik weet wel dat als ik zo’n verkiezing had gewonnen ik een andere entree had gemaakt in de politiek. Dan had niemand het gezien als een gunst van mijn voorganger, dan had ik mijn positie op eigen kracht veroverd.