Koen Peeters, Romeins Dagboek.
Koen Peeters, Romeins Dagboek. Frans Kellendonklezing 2019
uitg. Vantilt
3. Dit wilde ik onderzoeken: hoe gaan wij om met datgene wat wij kunnen benoemen of begrijpen? Ik bedoel dan ons leven en onze sterfelijkheid‚ toeval en noodlot, het kwaad en alle gevoelens en stemmingen die ons daaromtrent beheksen. Wat mij vooral intrigeerde was die ene menselijke soort, dat bijzondere slag van mensen dat zich bezighoudt met die delicate kwesties van leven en dood, Zij voelen zich geroepen en uitverkoren. Zij hebben uit zichzelf het talent en de juiste gevoeligheid om over het onzegbare te praten, mensen te helpen en de gemeenschap samen te brengen.
Ik heb het over priesters, sjamanen, kunstenaars.
Ik weet nog altijd niet goed hoe ik hen moet omschrijven: bemiddelaars,
boodschappers, zieners‚ voorgangers?
15. Een kunstenaar lijkt mij minder mededeelzaam. Hij ontsluit maar bemiddelt niet. Een schrijver is een nar die met sprankelende woorden een opening maakt. Een schilder toont een wereld die nog niet bestond. Zij kunnen daarmee het onzeglijke aanwijzen in elke ziel.
Sjamanen doen nog iets anders, ze zetten iets in gang. Ze doen iets waarmee mensen verder kunnen. Er zijn nog zo van die beroepen. Noem hen priester, arts, psycholoog of psychiater.
Aan priesters die ik tegenkwam vroeg ik het: waarom kozen ze hiervoor? Vaak leek het me dat ze hun eigen kwetsbaarheid herkenden in de ander. Daardoor voelden ze zich geroepen, aangesproken, aangeduid. Het was geen beroep maar een roeping. Ze waren bezorgd om dat eerste vuur in zichzelf onbeschadigd te behouden, en daarmee hun leven te vervullen. Ze verkondigden een waarheid die ze met een hoofdletter schreven.
Maar een Sjamaan en een kunstenaar lijken geen pretentie van waarheid te bezitten, ze moraliseren niet.
19. Ook opvallend: de kunstenaar doet het theatraal, zelfverzekerd en doortastend, met charisma. De socioloog Weber wist ook al dat in de onttoverde wereld alleen charismatische persoonlijkheden de wereld weer even kunnen betoveren. Oprecht veinzen. Wat wij samen benoemen dat bestaat.
Een traditie van een gemeenschap is een verzinsel met een onmiskenbare kracht.
22. In trance trilt en beeft hij, schuim op de mond, zijn ogen lijken niets meer te zien. Hij is ongevoelig voor pijn. Speelt hij het? Ja en nee. Hij is nu iemand anders, en tegelijk doet hij alsof. Hij beheerst de trance. En hij weet wat hij doet als hij alles loslaat. Als een ziener brengt de sjamaan een voorouderlijke boodschap terug. (…)
Zijn zij virtuoze bedriegers?
Ze zijn meesters ij het oprecht veinzen en tegelijk meesters in de menselijkheid. Ze luisteren, ze hebben hun virtuoze trucs om mensen en geesten te leiden.