Louis Van Dievel, De dokter is uw kameraad niet – uit het leven van Guust Van Mol
Louis Van Dievel, De dokter is uw kameraad niet – uit het leven van Guust Van Mol
uitgeverij Vrijdag Antwerpen 2020
20200527 Knack Walter Pauli, Intern had de PVDA alle kenmerken van een sekte.
DeMorgen Jan Stevens Louis Van Dievel Jan Van Duppen 28-05-2020
Siegfried Bracke – Laudatio
Rik Van Cauwelaert
Jan Verheyen
Hildegard Warnink
Lukas De Vos
Rik Torfs
Walter Van Steenbrugge:
https://www.langzullenwelezen.be/nieuws/de-dokter-is-uw-kameraad-niet-journalist-en-auteur-louis-van-dievel-in-de-afspraak
https://www.youtube.com/watch?v=-SLLu1bk6D0
https://www.youtube.com/watch?v=viU8n3SOQxc&list=PLL-5F7SysReh5IatYzdYGnDjIwaE0rCxt
Disclaimer: mocht de huidige PVDA, die voortkomt uit de organisatie hieronder beschreven, enigerlei schade ondervinden van onderstaand stuk, dan is dat mooi meegenomen, maar ’t is niet de bedoeling. De PVDA is ondertussen een heel andere organisatie geworden. De organisatie waar Guust en ik toe hebben behoord zou de huidige PVDA beschouwd hebben als revisionisten, rechts-opportunisten, reformisten en ‘valse communisten’. (1)
Alhoewel ik een trage lezer ben en soms meer dan twee maand aan één boek knaag, heb ik het levensverhaal van Guust van Mol (367 bladzijden) in een namiddag en avond uitgelezen, want ik kon het boek niet neerleggen. Het hielp dat ik Guust een klein beetje heb gekend, sterker nog, ik heb hem als ‘Guust’ gekend, hoewel dat niet zijn echte naam is. Guust en ik waren lid van Amada, later PVDA (2), en het was de gewoonte om onder kameraden, met het oog op politiespionnen, nooit onze echte naam te gebruiken, maar onze partijnaam. Guust heette ‘Guust’ in de partij, en ik heette ‘Leon’ in de jeugdbond van die partij. Mijn contact met de nationale leiding verliep langs ‘Rik’. Toen ik jaren later bij de paracommando’s terechtkwam – het boek legt uit waarom Amadezen daar terechtkwamen – hoorde ik voor het eerst de echte naam van ‘Rik’.
Herman Jacobs op
http://mappalibri.be/?navigatieid=61&recensieid=8755
’Misschien moet je er toch liefst in de vorige eeuw voor geboren zijn, en dan wellicht bij voorkeur ook nog niet in de allerlaatste decennia ervan. Misschien moet je belang stellen in de verschijnselen drammerigheid, bezetenheid, fanatisme, het geloof dat bergen verzet en sektevorming. Misschien helpt het als de filosofische onderafdeling ‘Utopisch denken’ en de politieke vertaling daarvan je belangstelling prikkelen.
Maar misschien ook is het zo dat dit ook zonder al die slagen om de arm eenvoudigweg een ouderwets medeslepend en ronduit interessant boek is. Ik kan niet anders zeggen dan dat ik de 362 tekstpagina’s ervan werkelijk in één ruk verslonden heb – en ja, toen ik het uit had met een tikje spijt dát ik het uit had óók nog. En heus niet louter omdat ik ‘Guust Van Mol’, over wie zo dadelijk meer, persoonlijk ken. Dat is namelijk nauwelijks het geval – ik heb ’m tot nu toe één keer ontmoet, en wel in Amsterdam, op de viering van Harry Mulisch’ tachtigste verjaardag in de Stadsschouwburg, 15 september 2007, en verder wissel ik, héél af en toe, om het jaar of zo, eens wat gedachten met hem via elektrieke weg. Waarbij we het vaak wel, maar ook weleens niet met elkaar eens zijn.’
Max Schneider Humanistisch Verbond Kritisch Lezen: ‘Biografictie is het woord dat de uitgeverij bedacht heeft voor deze vakkundig samengestelde … ja samengestelde wat eigenlijk? Een levensverhaal, based on a true story, dat dus geen biografie wil zijn en een feitenverslag dat geen roman wil zijn. Maar dat wel leest als een trein; niet getreurd dus.’
‘Met passie voor je idealen gaan, inzien dat je je vergist hebt en je fouten rechtzetten. En dan opnieuw met passie en aandacht voor het schone, het goede en het ware gaan. Wie beter doet mag het zeggen’
https://humanistischverbond.be/kritisch-lezen/313/de-dokter-is-uw-kameraad-niet-uit-het-leven-van-guust-van-mol/
Boekenmarathon en Boekenfeest - Louis Van Dievel: De dokter is uw kameraad niet -
Het virus heet Mea culpa, mea culpa, mea maxima culpa
Een roman van Louis Van Dievel over het leven van Jan Van Duppen
26/05/2020, 05:12 Siegfried Bracke
Koop dit boek op doorbraakboeken.be
De dokter is uw kameraad niet is de jongste roman van Louis Van Dievel, en – ik val met de deur in huis – het is een mustread voor wie van Vlaanderen houdt, en het net daarom beter wil leren kennen. Het is een mustread voor iedereen met het hart op de juiste plaats en dus voor wie ooit links heeft gedacht, maar gedwongen is door de werkelijkheid om daarvan afstand te nemen. Het is een mustread voor wie een goed verhaal wil lezen: het gaat vooruit, het is vaak zeer geestig. Het is een mustread voor wie gelooft in mensenliefde, en in wijsheid, kracht en schoonheid.
Louis Van Dievel is een journalist. Een heel goeie – ik was jarenlang, zoals hij dat zelf noemt, ‘zijn hiërarchische meerdere’. Hij is een oerverteller: als hij de werkelijkheid in een roman giet, dan wordt die hoe dan ook interessant, verschrikkelijk (mooi), ontroerend. Maar bovenal: wat hij schrijft is juist. Waar gebeurd, ‘echtig-techtig’. Ook al is het een roman. Maar gek genoeg is die vaak juister dan zogeheten betrouwbare kwaliteitsjournalistiek. De dokter is uw kameraad niet is het resultaat van gedegen, uitgebreid, kritisch en langdurig onderzoek.
De broer van Dirk Van Duppen
De dokter doet denken aan het werk van Robbert Harris over Cicero, of over Dreyfus. Een goed verhaal, maar ook helemaal juist, tot in de details. Al vind ik Van Dievel beter: vanwege zijn wisselende vertelperspectieven die de vele kanten van een en dezelfde realiteit laten zien. Van Dievel mengt de rol van de verteller met documenten, met antwoorden van het hoofdpersonage op maar liefst 200 vragen.
Jan is ook lang Amadees geweest. En socialist
Dat hoofdpersonage is Guust Van Mol, aka Jan Van Duppen. Broer van Dirk Van Duppen, de onlangs overleden PVDA-dokter. Jan is ook lang Amadees geweest. En socialist. Vandaag is hij een ‘Dalrympliaan’, ’a compassionate conservative’. Daarover gaat De dokter. Over die evolutie.
De grote thema’s van de wereldliteratuur vind je ook onder de kerktoren, zei Hugo Claus. Dat klopt. De Vlaamse versie daarvan wordt altijd gekruid met een saus waarin ‘Vlaamsgezind’ en ‘katholiek’ de hoofdbestanddelen zijn. In een boutade: de Vlaamse wereldliteratuur gaat eigenlijk al tientallen jaren over de strijd om los te komen uit de verstikkende greep van ‘Onze Moeder de Heilige Kerk’.
Dat bleek trouwens ook in de vorige (ook steengoede) roman van Van Dievel, De onderpastoor. Ook die is gedocumenteerd tot en met, en ook daar: herkenbaar Vlaams en katholiek. Gevolg: op vandaag al vier herdrukken. Tegelijk niet goed genoeg voor enige regels in De Standaard der Letteren…
Eens gelovig, altijd gelovig
De dokter is uw kameraad niet begint met een fresco van het Kempische dorp Gierle, aka Vlaanderen in de tweede helft van de 20ste eeuw. Waar de woorden van Remco Campert (‘Verzet begint niet met grote woorden, maar met kleine daden’) nog niet gelezen waren, maar wel heel goed bekend. Het verstoren van de H. Mis is een vast gegeven.
Vlaanderen dus. Het verhaal van de burgemeester die de andere kant (er waren witten en zwarten) gerust laat met de onsterfelijke woorden ‘dat er al genoeg miserie is in de wereld.’ Het verhaal van de 19-jarige die bezwangerd wordt door de stadsontvanger en eindigt als Mère Supérieure van de Grauwzusters uit Zoutleeuw, en wordt rondgereden in een auto met chauffeur. Het verhaal van het onbestuurbare Gierle omdat er als gevolg van een ruzie over onderpastoors geen lijsten zijn ingediend, en de vrouw van de onderwijzer, de moeder van Guust Van Mol, dan maar van hogerhand wordt aangewezen als lid van de gemeenteraad. In een paar hoofdstukken schetst Van Dievel een prachtig fresco van een universum, ons universum.
De dokter is uw kameraad niet toont ook wat het geloof kan aanrichten met een mens, ook als die niet meer ter kerke gaat. Eén keer geïndoctrineerd, meer keer geïndoctrineerd. Wie anders dan een diep gelovig jongmens kan, zelfs als hij zijn geloof al kwijt is, zeggen dat ‘Als je alles van Marx, Engels en Lenin, Stalin en Mao gelezen hebt, dan weet je toch alles over alles’.
Het Walhalla van Albanië
De 18-jarige communist Van Duppen gelooft de partijleiding als ze zegt dat de revolutie nog hooguit 15 jaar op zich kan laten wachten. Geloof, het is een gave, en die is wat waard. Alles eigenlijk. Een ijzeren discipline en extreme persoonlijke soberheid, 7 dagen op 7, 24 uur op 24. En ook de bijna dagelijkse biecht. Lange vergaderingen worden afgesloten met zelfkritiek: waar ben ik tekortgeschoten in de strijd?
En er moet geofferd worden. En wat kan een mens meer offeren dan zichzelf? Volgens een klassiek patroon: studies worden stopgezet, de fabriek wacht. Tussendoor is er ook nog een huwelijk: in de Kerk, met teksten van Mao. Maar het is bekend: wij kunnen allemaal lang de werkelijkheid ontkennen; helaas doet de werkelijkheid dat nooit met ons.
‘Kameraad Kris schrijft geen onnozele praat’
Ook niet met Jan Van Duppen. Albanië, het blijkt niet te zijn wat hem was gezegd. Een artikel voor het partijblad waarin kameraad Kris M. schrijft dat homoseksualiteit een ziekte is die door en onder het socialisme genezen wordt. ‘Kameraad Kris schrijft geen onnozele praat’, zegt hij (tegen beter weten in) op de redactievergadering. Maar dat vreet natuurlijk aan zijn geloof. Idem als hij ziet dat in de partij niet iedereen gelijk is, ook niet financieel. Idem met het rechtpraten van wat krom is. Idem als hij besluit geneeskunde te gaan studeren. De partijleiding en met name kameraad Kris M. – zelf arts – verzetten zich: het was niet gemeld aan de partijleiding…
Een incestueuze familie
Twijfel, bij Van Duppen, én bij anderen die opstappen. De warmte van het nest verlaten, zelfs als dat een verblindende sekte is met ijzeren regels en zeer twijfelachtige praktijken, dat is wel wat. En wat opvalt: de meeste kameraden hebben verstand, denken ook na, maar ze combineren dat met de gave om dat verstand in het belang van de partij en het hogere ideaal uit te schakelen.
Maar wat moet, moet; ook als dat heel lastig is. Van Duppen verlaat na een titanenstrijd de PVDA, maar AMADA zit nog helemaal in zijn lijf. Hij is intussen arts, gaat uiteraard niet naar Geneeskunde voor het Volk, maar wil krek hetzelfde onder de paraplu van de Socialistische Mutualiteit. De praktijk in Turnhout loopt als een trein, ondanks het verzet van de lokale medische gilde.
Van de mutualiteit naar de partijpolitiek is bij ons maar een kleine stap. Maar ook dat wordt, ondanks alweer groot geloof, een grote desillusie. Wie wil weten hoe partijpolitiek in Vlaanderen wordt bedreven, en in de SP in het bijzonder, moet De Dokter lezen. Van Duppen wordt zelfs parlementslid. Maar zit net daarom op een positie om te zien dat zijn partij een ‘incestueuze familie’ is, ‘waarin iedereen het weet en iedereen zwijgt’. Alleen: Van Duppen zwijgt niet; hij zegt het. Hij zegt over fractieleider Bruno T. dat hij even geniaal is als zijn vader, maar met te korte beentjes. Hij ziet dat de partijvoorzitter zeer fors betaald wordt via een managementvennootschap. Zijn opvolger, de heilige Steve S., noemt hij ‘de populistische compensatie van intellectuele onbenulligheid’. Exit sp.a.
Dalrymple experience
Van Duppen wordt arts in een Rotterdamse achterstandswijk: drugs, criminaliteit, 75% van de patiënten van allochtone origine waarvan een groot deel moslims. En ook hier loopt de praktijk als een trein. In dat universum (met een hele serie hilarische verhalen) ondergaat hij zijn Dalrymple Experience. Hij leest, studeert, en ziet wat hij ziet: Dalrymple heeft gelijk. Zijn jarenoud geloof over het belang van sociale achterstand slaat om: het gaat om ‘sociale verslaving die aangekweekt werd en wordt door hulpverleners die goed willen doen en zichzelf vooral goed willen voelen bij al dat goeddoen.’ De conclusie is schokkend: armoede neemt toe naarmate meer middelen worden vrijgemaakt om ze te bestrijden; links houdt mensen bij voorkeur in een afhankelijkheidspositie, dan hebben ze die mensen ook in hun macht.
diep in hem zit wat de kinderen van een Kempische onderwijzer is ingelepeld
Op het eind van Louis Van Dievels pageturner vinden we de versleten, kapotgewerkte Van Duppen. Ook zijn inwijding als vrijmetselaar heeft hem geen rust gebracht. Want diep in hem zit wat de kinderen van een Kempische onderwijzer is ingelepeld: we doen het niet voor onszelf, maar voor anderen, en voor God en Vaderland natuurlijk. God is wel weg, het Vaderland eigenlijk ook, maar de biecht (nog) niet: ik heb veel verkloot, maar ik ben wel altijd eerlijk geweest…
La condition humaine, gelijk we zeggen. En ja, de een wordt communist, de ander conservatief, een enkeling christen-radicaal. Maar altijd – ik wil in de geest van deze tijd afsluiten – heet het virus Mea culpa, mea culpa, mea maxima culpa. Er is geen vaccin of medicament. Alleen herd immunity kan helpen. Een beetje. Meer moet dat ook niet zijn.
omdat niets is wat het lijkt … en het altijd anders kan.
Voor de goede orde:
Guust Van Mol was mijn partijnaam: wij waren destijds van de Amada/PVDA-cel in Mol en de hele Kempen. Gust was de naam van mijn geliefde grootvader met de twist van Frainquin ‘ Guust Flater’ want er kon zeker niet gelachen worden in de maoïstische sector.
Louis Van Dievel heeft met ‘De dokter is uw kameraad niet’ naar mijn mening een boeiende en uitermate lezenswaardige poging gedaan om ZIJN verhaal te distilleren uit MIJN archief en daar ben ik zeer blij om.Niet alleen omdat hij mij gedurende 2,5 jaar gedwongen heeft alles wat ik had – en niet meer had – bijeen te zoeken, boven te spitten en te analyseren om de fouten uit mijn eigen geheugen te verbeteren, maar ook omdat ik op die manier toch begonnen ben aan die grote döstädning waar ik zonder externe druk zo verschrikkelijk tegen op keek, omdat ik onbewust in mijn achterhoofd de verschrikkingen, die ik daar zou vinden, uit de weg wou gaan.
Zo vaak ben ik grondig herbegonnen, chronologisch en thematisch maar ieder excuus was uiteraard goed om even te pauzeren….
Tot Louis mij vond en mij achter mijn vodden bleef zitten. Irritant en vervelend, lastig en met allerlei trucs, motiverend en dwingend met honderden vragen.
Hoe dan ook is dat ZIJN verdienste en die is niet gering.
Dat hij daar enkele dingen heeft bij gesleurd of geselecteerd die ikonbelangrijk of overdreven vind, doet daar niet veel van af.
‘De dokter is uw kameraad niet’ is natuurlijk maar een deel van het verhaal – Louis kreeg 80% van wat ik had, en heeft er 20% van gebruikt.
Met mij gaat het voorlopig redelijk. Louis vertelt in ‘De dokter is uw kameraad niet’ dat Guust Van Mol alleen maar leest om het bevatten der dingen, om te begrijpen.Maar net zoals Guust Van Mol in de jaren 70-80 na intense en snelle vertaal- en schrijfarbeid op de redactie van het populaire weekblad Konkreet – nadien Solidair – in Brussel rond een uur of twee iedere zaterdag en zondag stilletjes het pand verliet om met zijn rode R4 naar het museum van Horta, de Cinquantenaire, Schone Kunsten, Muziek, Solvay, Stoclet… te rijden of tentoonstellingen te bezoeken op advies van G. W. – de ex van L. M. – zo geniet ikzelf nog steeds zeer veel van een mooi verhaal, gedicht, muziek, schilderij, film, series, huis, tuin of natuur en bakplezier.
Dus werk ik nu rustig verder aan mijn ‘Bekentenissen aan een kleinkind’ waarin ik probeer alles wat ik heb en herinner te ordenen, naar mijn inzichten.
Probleem daarbij is natuurlijk dat door Louis’ boek het nu voor mij steeds meer begint te lijken dat zijn versie ook de echte is, de ware, de mijne …. en dat is manifest niet het geval.
Het is ZIJN lezing van het leven van Guust Van Mol.
Wat dit alles ook heeft opgeleverd is niet gering voor mij en mijn inzicht in mijn eigen drijfveren en vooral die van zovele andere jonge mensen toen en later en zeker ook nu nog – als Trotskisten, Maoïsten, Stalinisten, Islamisten en andere vieze tiesten tot en met Climate Change, XR, BLM…
En dat blijft voor mij het helderste geformuleerd door Siegfried Bracke: het diep gewortelde gevoel van schuld, de erfzonde.
Of ze nu van de roomse kerk, dan wel het marxisme kwam, of ze wortelt in de Koran of de overtredingen van Ramadan en sharia.
Dat is geen gering fenomeen.
Ivan Wolffers, Overleven: ‘We zijn er om getuige te zijn van alles wat er gebeurt vanaf het moment dat we geboren zijn, de goede momenten, maar ook om de momenten van vreselijke pijn zin te geven. We moeten onze ervaringen doorgeven, zodat anderen weten wat er gebeurd is en we nooit meer dezelfde fouten maken. Overleven is vertellen aan je kinderen, je kleinkinderen en aan iedereen die wil luisteren wat je in het leven geleerd hebt.’