vrt deredactie.be blog: Over Echte Mensen en anderen
Over Echte Mensen en anderen – Jan Van Duppen
Met de tv-serie ‘Äkta människor – Real Humans – Echte Mensen’ had de Zweedse televisiezender SVT1 (vergelijkbaar met één in Vlaanderen) in 2012 een spraakmakend verhaal. Dit najaar wordt de serie wegens groot succes vervolgd.
Met ‘Real Humans’ lijkt een nieuwe inspiratiebron voor verslavende Scandinavische reeksen aangeboord, na de krimi en de politiek nu ook over relaties tussen echte mensen en anderen.
‘Echte Mensen’ spiegelt een maatschappij van vandaag met SF allures. Menselijke robots – hubots waarvan voortdurend meer op mensen gelijkende generaties op de markt komen – blijken zeer bruikbaar voor moeilijke, vervelende, vuile en andere taken die echte mensen liever niet uitvoeren.
Gelijkheid
De reeks ontwikkelt spannend en realistisch met verschillende verhaallijnen rond een gefrustreerd arbeidersgezin en een betere middenklasse familie. Het wordt zeer herkenbaar door de realistische angsten van arbeiders die op het werk plaats moeten maken voor de hubots, voor echte mensen die hun partners inruilen voor jonge en gewillige hubots. Relationele spanningen, een puberende zoon en opa, problemen op het advokatenkantoor van de moeder leiden de kijker naar controversiële reflecties over denkpatronen. De moeder is bereid om als advocaat op te treden in een zaak van gelijke rechten voor hubots.
En daar omheen draait de hele tv-reeks: hoe behandel je wezens die gelijkend en toch anders zijn, die in de nieuwste versies eigen wensen en verlangens hebben, die zich niet meer tevreden stellen met een dienende functie. Wat is het onderscheid tussen wij en zij? Wie bepaalt dat en hoe ga je ermee om?
Vrijheid
Doorheen het verhaal dwaalt een groep ‘vrije’ hubots – die geen eigenaar meer hebben en die beschikken over een klooncode. Ze zeggen te zoeken naar vrijheid, gelijkheid en broederlijke erkenning. Zij kruisen geregeld het pad van de echte mensen en zijn nauwelijks nog te onderscheiden. Zeker zij die eigenschappen van hubots en echte mensen in zich verenigen: een bijzonder spannend gegeven voor de Zweedse staatsveiligheid die ook door hen geïnfiltreerd werd.
Maar de boeiendste uitdaging van ‘Real Humans’ is de voortdurende vraag hoe je om kan gaan met wie anders is dan de leden van je eigen gemeenschap. Laat je die ‘andere’ toe, stel je die gelijk of bewaar je onderscheid en afstand om ‘echte mensen’ af te schermen. Of beoordeel je iedere situatie, persoon, hubot anders naar gelang behoefte en aanbod? ‘Real Humans’ stelt de kijker vragen over hoe mensen omgingen met slaven, krijgsgevangenen, menselijke oorlogsbuit. Hoe gaan echte mensen vandaag om met migranten uit andere culturen, met een ander geloof, huidskleur, gewoonte, met allochtonen, illegalen, asielzoekers.
Broederlijkheid
Bestaande morele en sociale concepten blijken niet goed te werken en vooral moeilijk op iedereen toepasbaar ondanks het beleden religieuze en filosofische gelijkheidsprincipe. Het uitgangspunt van gelijkheid en broederlijkheid kan niet zonder meer veralgemeend worden. De kerkgemeenschap van een lesbische dominee wijst haar gastvrijheid af voor de vrije hubots als ‘mensengelijken’. De belevingswereld van de vrije hubots en hun referentiekader blijft verschillend van die van echte mensen. Ook zij blijken steevast vanuit hun eigen ideaalbeeld de anderen te benaderen.
De appreciatie van de ander wordt aangeleverd door en voor degene die waarneemt, en niet vanuit het object van de waarneming.
In het eerste seizoen bereidt ‘Real Humans’ de kijker voor op de stelling dat wie beroep wil doen op gelijke rechten en gelijke behandeling dit moet verdienen. Voor wat hoort wat. Alleszins een interessante denkpiste en materiaal zat voor nieuwe afleveringen.
Cultuurrelativisme
Artikel 1 van de Nederlandse grondwet behandelt het gelijkheidsbeginsel en het verbod op discriminatie : “Allen die zich in Nederland bevinden, worden in gelijke gevallen gelijk behandeld. Discriminatie wegens godsdienst, levensovertuiging, politieke gezindheid, ras, geslacht of op welke grond dan ook, is niet toegestaan.”
De kernvraag van artikel 1 zit ‘in gelijke gevallen’ want die worden bepaald door wat vooraf ging. Het steunpunt van de vergelijkende weegschaal wordt afgesproken door de groep, de clan, de gemeenschap, de samenleving, de cultuur waarbinnen de weging gebeurt.
Maar wanneer die gemeenschap of samenleving vanuit een zichzelf tuchtigend cultuurrelativisme haar eigen verhaal ondermijnt, zullen de nieuwkomers besluiten tot: “Ik begrijp ze niet. Er zijn geen waarden meer. Mensen hebben zichzelf niet meer onder controle,” zoals Tamerlan Tsarnajev, de 26 jarige Tsjetsjeen die van de Bostonbommen wordt verdacht, aan zijn familie liet weten.
Verscheidenheid
Prima geïntegreerd in hun Amerikaanse droom bleken Tsjetsjeense broers uit Boston verloren in een materialistische vrijheid waar ze als individu geen zingeving durven te vinden. Vrijheid is verzet tegen het opsluiten van de mens in religieuze of nationale eenheden. Wie nog jong in die vrijheid niet leven kan, neigt makkelijk tot het vullen van die leegte met een religieuze illusie, met fanatisme en activistisch strijdgewoel. Met hun vernietigende heldendaad hopen ze de identiteit van een martelaar te verwerven in de ogen van wie er voor hen nog wel toe doet.
‘Niet verscheidenheid is de basis van een menswaardig samenleven, maar net andersom: menswaardigheid is de basis van de verscheidenheid. De import van allochrone waarden via de islam dreigt, samen met de endemische onbeslistheid van de actuele westerse wereld, de idee zelf van een menselijke cultuur te zullen vernietigen.’ (Peter De Graeve, Gilles Deleuze en het materialisme).